Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 1942
(1942)– [tijdschrift] Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde [1901-2000]– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 72]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Leonard Pieter Hendrik EykmanGa naar voetnoot1
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 73]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
In 1873 is hij hulponderwijzer aan een bijzondere school aan de Bloemgracht te Amsterdam, in 1874 aan een dergelijke school aan de Oudezijdsvoorburgwal, ten slotte in 1875 aan de Reguliersschool. Dan neemt hij op 15 Augustus 1876 zijn ontslag en vertrekt naar Engeland, waar hij Master aan de Clarendon House School te Londen wordt. Hij blijft daar tot 1879. Deze Engelsche jaren zijn beslissend voor Eykman's verder leven, zoowel voor zijn loopbaan als voor zijn persoonlijkheid. Op 7 en 8 November 1879 doet hij het examen M.O. in de Engelsche Taal- en Letterkunde. 4 December volgt zijn benoeming tot leeraar in het Engelsch aan de H.B.S. te Leiden. Iedere zomervacantie vertoeft hij enkele weken in Engeland, waar hij geestverwanten en vrienden vindt. Een aardig oogenblik is het, wanneer hij met zijn broer Chr. Eykman in Engeland reist en het hotel te Bath wordt opgebeld: men vraagt of de beroemde Eykman reeds is aangekomen, hiermee L.P.H. Eykman bedoelend, die immers op zijn gebied even zeer beroemd is als zijn broer. Behalve een superieur intellect hebben de broers Eykman een sterke mate van humor gemeen. Bij enkelen hunner beheerscht deze trek zelfs geheel den indruk, dien zij op een buitenstaander maken. Bij L.P.H. Eykman blijft deze humor binnen de perken, zooals vanzelfsprekend is bij een persoonlijkheid, waarin stelselmatigheid en regelmaat zoozeer bepalend zijn. Op lateren leeftijd komen het meest naar voren een sterke zin voor rechtvaardigheid en een wetenschappelijk enthousiasme, dat ook in dit geval een antidotum blijkt te zijn tegen ouderdomsverschijnselen. In 1881 huwt Eykman met Mejuffrouw Petronella Jacoba Plantinga, die drie jaren jonger is dan hij zelf. Het wordt een groot gezin, dat de traditie der vorige generatie voortzet. Er zijn vijf zoons en twee dochters en er wordt hard gewerkt. Eykman zelf werkt steeds van het oogenblik, dat hij uit de middagschool thuis komt tot 's avonds tien uur. Die uren heeft hij noodig voor zijn redactioneele werk en ook voor zijn wetenschappelijk onderzoek op het gebied der Phonetiek. In 1882 worden de lessen in schoonschrijven aan dezelfde H.B.S. aan Eykman opgedragen. Deze dubbele functie vervult hij twee jaren: 23 October 1884 wordt hij op zijn verzoek uit beide betrekkingen eervol ontslagen. De nieuwe cursus vindt hem te Amsterdam als leeraar in de Engelsche Taal- en Letterkunde aan de bekende H.B.S. aan de Keizersgracht. In 1898 verwisselt hij deze school voor de tweede H.B.S. met 5-jarigen cursus; bovendien wordt hij dan leeraar aan de Gemeentelijke Kweekschool voor Onderwijzers en Onderwijzeressen. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 74]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Beide betrekkingen blijft hij waarnemen, practisch zonder ooit te verzuimen, tot zomer 1920. Dan is de leeftijd gekomen, waarop Eykman rust mag genieten. Maar meer dan 18 jaren zal hij nog onvermoeid doorwerken, waarbij zijn wetenschappelijk phonetisch werk een steeds grootere plaats zal gaan innemen. Bij het bereiken van den 80-jarigen leeftijd wordt hij tot officier in de Orde van Oranje-Nassau bevorderd. Als hij op 28 November 1937 sterft, één dag na zijn drieëntachtigsten verjaardag, zien velen met bewondering terug op dit zoo regelmatig gevulde leven. Degenen, die hem wegens zwakte afkeurden voor den dienst der Schutterij hadden evenmin de enorme hoeveelheid werk, die Eykman zou verzetten voorzien, als de groote fietstochten, die hij nog op hoogen leeftijd zou maken. Drie jaren later volgde Mevrouw Eykman haar man, nauwkeurig denzelfden leeftijd van 83 jaar en één dag bereikend. Beiden lieten een uitgebreide nakomelingschap van wel twintig kleinkinderen na, die den naam Eykman eer kunnen aandoen. Hun kinderen zijn hier en in Indië verspreid. Een zoon en een dochter voelden zich aangetrokken tot maatschappelijk werk, waarbij iets van het karakter van den vader zal hebben meegesproken. Weliswaar leidde Eykman zelf zijn dochter, Mejuffrouw A.E. Eykman oorspronkelijk in het Engelsch op, en zelfs deed zij na de acte M.O. A te hebben behaald doctoraal examen, maar daarna volgde zij haar eigenlijke roeping, evenals haar vader vroeger had gedaan.
Wanneer wij na dit korte overzicht trachten iets meer van Eykman's leven te begrijpen, dan kan het niet anders of wij zullen zijn eigenlijke levenswerk, zijn werk als leeraar meer van nabij willen beschouwen, en ook den gang van zijn wetenschappelijk onderzoek zooveel mogelijk zoeken te benaderen. De methode, die Eykman bij zijn onderwijs toepaste, is een bijzondere methode. Zij werd omstreeks 1893 door Gouin gelanceerd en zou nog in onzen tijd modern kunnen heeten. Gouin baseerde de methode van het onderwijzen van een vreemde taal (in zijn geval Duitsch aan Fransche leerlingen), op wat hij bij jonge kinderen had waargenomen. Handelingen en voorstellingen van handelingen werden daarbij in het middelpunt geplaatst, het werkwoord, het woord, dat de handelingen, c.q. de voorstellingen daarvan, in de taal vertegenwoordigt, nam bij dit onderwijs de centrale plaats in. Treffend is de aansluiting, die hier ver- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 75]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
kregen wordt met de nieuwe opvattingen over het ontstaan van de taal, waarbij vele onderzoekers het werkwoord als het meest primaire element beschouwen. Dit onderwijs had vele voordeelen. Het boeide de leerlingen. Er was geen huiswerk bij te maken, hetgeen leerlingen en leeraar veel tijd spaarde. Maar daarvoor moest men zich gedurende de lessen des te intensiever op de stof toeleggen. De eerste les bestond in het ontleden van een schijnbaar eenvoudige handeling als het openen van een deur; hierbij moest de leerling zich rekenschap geven van elke spierbeweging, die als voorbereiding van het openen van een deur moet plaats vinden. Voor elke beweging werd de Engelsche vorm aangegeven en zeven maal herhaald. Zoo ontstond een raster van werkwoordsvormen, waarbinnen de overige woorden als mozaïksteenen werden ingeschoven. Deze methode hield rekening met het vitale, actieve beginsel, dat Eykman in zoo hooge mate eigen was, en dat hij ook bij zijn leerlingen aanwezig achtte, in tegenstelling met ander taalonderwijs, dat slechts een groote mate van receptiviteit als voorwaarde stelt. Eykman vond op school stil moeten zitten heel onnatuurlijk voor jongens, en nu mocht tenminste telkens één van hen allerlei bewegingen uitvoeren en werden boeiende werkjes gedaan, zooals het leggen van een zeemansknoop en dergelijke Eykman hield lezingen over deze methode en beschreef haar in: Handleiding voor de beoefening der Engelsche Taal, met Handboek voor den Onderwijzer, dat in 1894 bij Allert de Lange verscheen. Voor zoover mij bekend is, vond hij geen navolging op groote schaal. Wel had hij de groote voldoening tot het laatst van zijn leven oud-leerlingen te ontmoeten, dikwijls zelf mannen van gezag geworden, die hun erkentelijkheid betuigden voor de uitstekende Engelsche lessen, waarvan zij lang na hun schooltijd, op congressen en dergelijke, de waarde pas hadden leeren schatten. Een zeer belangrijk deel van Eykman's werklust en tijd werd sinds 1885 in beslag genomen door De Drie Talen. Dit tijdschrift, dat in 1885 werd opgericht door Hofman, Dijkstra en Eykman, zag voor de beide andere moderne talen redacteuren komen en gaan, maar de Engelsche afdeeling bleef ruim vijftig jaar onder Eykman's leiding. Men kan zich voorstellen, wat dit zeggen wil, wanneer men bedenkt, dat Eykman alle inkomende stukken doorlas en beoordeelde, dat hij tal van oorspronkelijke artikelen schreef over taalkundige onderwerpen, dat hij vertalingen van | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 76]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
het Engelsch in het Nederlandsch en van het Nederlandsch in het Engelsch opgaf, waarvan hij bergen correctie ontving, waarbij de dwaasheid van de fouten hem vaak schadeloos stelde voor zijn moeite. October 1937 werd Eykman tot eerelid der Redactie benoemd. Hij stelde zich voor nu en dan nog een artikel in te zenden, doch dit heeft niet mogen zijn. Groote bekendheid verwierven de boekjes uit de Gruno Series, tezamen met C.J. Voortman uitgegeven, waarin alle moeilijke uitdrukkingen in het Engelsch werden toegelicht. Behoeft het gezegd te worden, dat Eykman tientallen van jaren zitting had in diverse examen-commissies voor lagere en middelbare acten der Engelsche taal en dat talloozen door hem zijn opgeleid? Als een tweede roode draad loopt de studie van de phonetiek door Eykman's leven. Nadat Zwaardemaker zijn taalkundigen medewerker Gallée door den dood had verloren, vond hij in Eykman opnieuw een kundig taalgeleerde, die open stond voor exacte onderzoekingsmethoden. De registratie der spraakbewegingen, waarvoor Zwaardemaker in 1899 zijn toestel aangaf, werd door Eykman verder uitgewerkt. Hij geeft een ijkingsmethode aan voor de kaakopeningscurven en controleert de betrouwbaarheid van het opteekenen der mondbodemspanning. Als blijkt, dat het toestel zeker niet minder geeft dan het beloofde, trekt Eykman de consequentie en onderzoekt achtereenvolgens de dialecten van Grouw, Hindeloopen en Schiermonnikoog met behulp van deze registratiemethode, die hij daarmee in het Nederlandsche dialectonderzoek invoert. In de eerste jaren na 1900 houdt P.H. Eykman, de medicus, zich bezig met Röntgen-onderzoekingen, waarbij o.a. de bewegingen van het strotteklepje bij het slikken op zeer ingenieuze wijze worden opgeteekend. Dit gebied heeft evenzeer de belangstelling van L.P.H. Eykman en zoo komt het tot een samenwerking, waarvan de uitkomsten in verschillende publicaties zijn neergelegd. Van zijn verder phonetisch werk noem ik zijn onderzoek over den duur der Nederlandsche spraakklanken, zijn bepalingen van den eigen toon der resonantieruimtes bij het spreken der Nederlandsche klinkers, zijn onderzoekingen over het wezen der nasaleering, en dat over de doorgankelijkheid van de stemspleet. Dit laatste mocht later in een onderzoek met den pharyngoscoop van Russell, waarbij Dr Hogewind en Mejuffrouw G.J. de Jong zijn trouwe medewerkers waren, een fraaie bevestiging vinden in de gegevens betreffende verschil in vorm en doorgankelijkheid van de stemspleet bij het spreken van klinkers. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 77]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Niet alleen bewerkte Eykman speciale onderwerpen, maar in 1927 verscheen een Leerboek der Phonetiek, door Zwaardemaker en Eykman tezamen geschreven. Dit boek bracht veel nieuws, vatte allerlei gegevens op het gebied van de Phonetiek van het Nederlandsch samen en gaf een inzicht betreffende de vraagstukken der algemeene phonetiek. Ook thans na 15 jaar, is dit boek hét phonetische leerboek in Nederland. Toen echter bleek, dat het voor sommigen wat omvangrijk en wat kostbaar was, verzorgde Eykman in zijn laatste levensjaar nog een beknopte uitgave. Ook dit werk wordt vaak geraadpleegd om zijn uitstekende eigenschappen. Het spreekt vanzelf, dat zoowel het onderwijs als het wetenschappelijk werk Eykman veel vrienden in binnen- en buitenland deed verwerven. Uit de binnenlandsche onderwijs-wereld mogen namen als Taco de Beer, E. Kruisinga, Kollewijn, Poutsma genoemd worden. Van de buitenlandsche phonetici hadden vooral contact met Eykman: Sweet, Panconcelli-Calzia, Sir Richard Paget. Zoo zal de herinnering aan Eykman als leeraar en man van wetenschap in binnen- en buitenland voortleven.
Amsterdam, 5 Mei 1942. L. Kaiser | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Lijst der Geschriften
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 78]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 79]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|