van Bernagie de brouwerij ‘den Fortuijn’ exploiteerde. Na de herovering van Breda door de Staatsche troepen (1637) keerde Jacob Woutersz. met zijn gezin naar Breda terug; zijn zoon Abraham echter bleef in Rotterdam wonen en huwde aldaar (1639) met Jacomina Hubrechtsdr. van 't Wedde als beheerder eener aan zijn vader toebehoorende mouterij.
Het was wenschelijk deze patricische afkomst van v.R. aan een levensbericht voorop te stellen, omdat hierdoor veel wordt verklaard omtrent den levensweg voor zichzelf gekozen en gevolgd met die geheel zelfstandige zekerheid en rustige voornaamheid, die hem kenmerkte en op allen, die hem nader leerden kennen, een bijzonderen indruk maakte. Afwezigheid van alle vertoon en zelfs tegenzin tegen publiciteit, die in elk publiek leven onvermijdelijk eenige min of meer banale handelingen en uitingen met zich brengt, kenmerkten zijn leven en streven.
Velerlei talenten waren zijn deel: belangstelling in en bewondering voor wetenschappelijken arbeid, echter zonder aanleg voor of neiging tot studie van abstracten aard; een zuiver gevoel voor beeldende kunst, voornamelijk teekenen en een beslist talent voor deze kunst, zonder zich echter tot de hoogte van een artist te kunnen verheffen, hetgeen hij zelf evengoed of zelfs beter dan anderen inzag. Hierbij kwam een bijzondere talenkennis en eene hem eigene, met zijne persoonlijkheid overeenstemmende, natuurlijke wijze van schrijven, als zelden wordt waargenomen.
Buffon's uitspraak: ‘le style c'est l'homme même’ ofschoon, als alle dergelijke gezegden, vaak volslagen onjuist, is op treffende wijze toepasselijk op de beide beschrijvingen (1876 en 1886) van de reizen, met wetenschappelijk doel in Ned. Indië en Brazilië ondernomen.
De klare stijl, de zuivere woordenkeus, de fijne beschaving, die men in meer moderne geschriften uiterst zelden aantreft, en ook niet meer naar waarde door den lezer worden gewaardeerd, benevens de humor die dikwijls het verhaal kruidt, maar nimmer een kwetsend karakter aanneemt, alle deze eigenschappen kenmerken zoowel den mensch als hetgeen door hem is te boek gesteld.
Geheel naar waarheid en met beminnelijke bescheidenheid zegt de schrijver in zijn voorbericht, dat hij ‘niet heeft getracht een aaneengeschakeld reisverhaal, maar alleen de voornaamste indrukken weer te geven zooals ze, dag voor dag, in mijne brieven worden neergelegd’.
Zijn doel is Indië en Brazilië te doen zien zooals hij het heeft gezien en, van uit dit standpunt beschouwd, kunnen deze brieven als kenmerkend voor zijne persoonlijkheid en patricische afkomst worden aangemerkt. Zijn glasheldere stijl, zonder eenige neiging tot gewilde diepzinnigheid of misplaatste originaliteit, zijn heldere kijk op hetgeen hij om zich waarneemt, zijn uitmuntende woordenkeus en zijn wonderbaarlijk goed humeur ook bij de grootste moeilijkheden, die het verblijf in lastig te bereiken plaatsen uit-