De blikken fluit(1948)–Daan Zonderland– Auteursrecht onbekend Vorige [pagina 35] [p. 35] [Er was eens een arme jongen] Er was eens een arme jongen Die had een blikken fluit. Daar blies hij de zonderlingste En raarste liedjes uit. De ouden schudden hun hoofden. De wijzen werden kwaad. De koning en zijn ministers Verjoegen hem van de straat. Maar alle jongens en meisjes Gingen er heimlijk op uit En luisterden 's nachts in het duister Naar het lied van de Blikken Fluit. [pagina 36] [p. 36] Vorige