'Altijd maar bijeenblijven'. Brieven aan C.A.J. van Dishoeck, 1903-1929
(1997)–Karel van de Woestijne– Auteursrechtelijk beschermd51 Sint-Martens-Latem, begin januari 1906Waarde Heer, Ik ontvang daareven Uw brief. Ik ben blij dat ons nr I u bevalt.Ga naar voetnoot1 Ook Vermeylen, die anders niet licht te voldoen is, wenscht er me geluk meê. En, daar ik de overtuiging | |
[pagina 63]
| |
heb nog drie-vier volgende afleveringen even degelijk te kunnen maken, dan krijgen wij een uitstekenden jaargang. Het zou natuurlijk wenschelijk zijn steeds heel vroeg in de maand te kunnen klaar komen. Een bezwaar echter is, dat ik in ieder nummer de tijdschriften der vorige maand recenseer, - die ik gewoonlijk nogal laat ontvang, té laat dat het nr heelemaal tegen 15e der voorafgaande maand zou gedrukt zijn. Maar met de hulp der medewerkers zou het zich allicht schikken, dat we tegen den 20en klaar kwamen. Is dat goed? Zorg er dan a.u.b. voor dat ik iedermaal spoedig de tijdschriften krijg! Hierbij gaat Uw lijst van present-ex. terug.Ga naar voetnoot2 Ik heb doorgehaald wat me overbodig scheen: het is onnoodig te sturen, waar men nooit over ‘Vlaanderen’ spreekt. Met de nrs die U me stuurt doe ik natuurlijk mijn best. We hebben Zaterdag redactie-zitting: dan spreek ik met de vrienden over mogelijke propaganda-middelen, en vraag naar adressen van boekhandelaren hier in Vlaanderen.Ga naar voetnoot3 Hierbij gaat ook een post-kaart: een vermoedelijke abonnent.Ga naar voetnoot4 Wilt U er nota van nemen? Gisteren had ik de verrassing, reeds eene drukproef van vel I van ‘Janus’ te ontvangen.Ga naar voetnoot5 Zoó ziet het er heel goed uit, vind ik. Welk papier neemt ge voor het boek? Dat van de drukproef? Deze week stuur ik U het inleidend woord tot het boek. De omslag-teekening komt einde der maand. Met hartelijkste groeten, Uw d.w. dr. Karel van de Woestijne |
|