Willem Witsen aan Jan Pieter Veth
Plaats: Amsterdam |
Datum: 23 maart 1922 |
Verblijfplaats: RPK, autografencoll. Jan Veth, inv.nr. Br. 88 |
[1:1]
Oosterpark 82
Amsterdam 23 Mrt. 1922
Beste Jan Piet,
Tenzij je op den terugweg van Genua ergens bent blijven hangen moet je al thuis zijn of eerstdaags thuis komen. Ik wil je daarom allereerst een hartelijk welkom in het vaderland toeroepen. De zee reis zal je vrouw, naar 'k hoop, weer heelemaal hebben opgeknapt. Van verschillende kanten hoorden wij dat zij het hard te verantwoorden heeft gehad.
Van Teillers ontving 'k dezer dagen een briefje en twee exemplaren van ‘de Taak’ met het allerprettigste ar-
[1:2]
tikel van jouw hand over het portret van den G.G. Ja, 'kzelf, toen 'k in April l.l. het in den Volksraad ben gaan zien, schrikte van den zwaren donkeren toon, die ontstond door de verschrikkelijk witte muren. Ik had daaraan niet gedacht! In Btz. in 't paleis deed 't heel, heel anders! Dat is wel heel jammer - 'k heb met zooveel entrain eraan gewerkt! Zien wij jullie eens gauw? De Wiessings zijn hier in de Doelen, 'k heb hen nog niet gezien, maar M. heeft hen van middag 'n bezoek gebracht. Van Isaac weinig maar goede berichten. Tot spoedig hoop 'k.
Met hartelijke gr.
je
Wim