Willem Witsen aan Maria Joseph Franciscus Peter Hubertus Erens
Plaats: Den Haag |
Datum: 23 september 1917 |
Verblijfplaats: LM E.354 B.2 |
[1:1]
Gemeente Ziekenhuis
Zuidwal, den Haag
23 Sept. 1917
Beste Frans,
Hartelijk dank voor je prettigen brief. Nee, 'k ben er nog niet uit! Ik lig nog altijd te bed, in dezelfde kamer waar Isaac ook gelegen heeft. Maar 'k ga toch wel vooruit. Ik loop dagelijks, tusschen twee zusters, eenige minuten in den gang en blijf een paar uren op zitten. Dat been zal nu wel gauw hersteld zijn en 't loopen leert weer gauw aan. Maar die hand gaat heel langzaam. Die is nog helemaal stijf en pijnlijk en elken dag als de dokter komt masseeren word ik ge-
[1:2]
marteld. Toch verlang ik er altijd naar omdat 't de weg is naar 't herstel. Ik heb hier niet veel plezier hoewel 'k voortreffelijk word verpleegd en veel belangstelling en heel veel bezoek krijg. In den beginne dacht de dokter dat 't bekken gebroken was omdat 'k zoo'n gruwelijken pijn had en ik dacht dat 'k voor mijn leven gebrekkig en hulpbehoevend zou zijn. Bovendien hebben mijn zenuwen een geweldige schok gehad. Daardoor ben 'k de eerste dagen (en ook door de morfine) heelemaal van streek geweest. Langzamerhand krijg 'k nu weer hoop dat alles terecht zal komen. Maar 't zal nog lang duren! De eerste drie weken mag 'k nog niet weg.
[1:3]
Maar nu 'k weer hoop heb kan 'k gemakkelijker berusten in mijn lot. 't Is wel verschrikkelijk zoo'n hand waarmeê je niets doen kan en 't gevoel van hulpbehoevend te zijn en altijd 'n ander noodig te hebben drukt me zeer. Maar àls 't nu maar terecht komt!
Van den oorlog hoor 'k niet veel omdat 'k geen couranten lees; 'k lees heel veel, zoo goed als den heelen dag. O.a. ook 'n boekje van Lintier Ma pièce. Souvenirs d'un canonnier. Ken je 't? Dat is 'n dagboek van af de mobilisatie en de oorlogsverklaring tot eind Sept. van 't jaar '14, dus de geschiedenis van den oorlog, zooals L [g[?] hem mede heeft gemaakt gedurende
[1:4]
nog geen twee maanden. 't Eindigt met 't hospitaal en vóórin staat 'n bericht van den uitgever dat hij gestorven is. Dat boekje is prachtig maar verschrikkelijk! En te denken dat die toestanden nog altijd maar voortduren, nu meer dan 3 jaren! 't Is krankzinnig.
Heel graag zullen wij eens bij je komen, beste Frans. Ik ben ook heel nieuwsgierig naar dat portret. Ja, we waren toen heel andere mannetjes! Jij hebt de satisfactie dat je 'n figuur bent geweest, maar arme ik heb nooit iets gedaan, alleen maar mijn goede jaren verknoeid! Daarom zou 'k zoo graag oud worden, om nog wat in te halen. Maar ik vrees dat me dat niet zal lukken! 't Is te laat..
Adieu, Frans. Hartelijken groet van ons beiden en mijn respekt aan je vrouw.
t.t.
Wim