Willem Witsen aan Jacobus van Looy
Plaats: Amsterdam |
Datum: 26 september 1915 |
Verblijfplaats: Frans Halsmuseum Haarlem, Van Looyarchief inv.nr. 1246 |
[1:1]
Oosterpark 82
Amsterdam
26 Sept. 1915
Beste Kobus,
Het was 'n groote vreugde voor mij weer eens 't welbekende handschrift te zien en 'n brief van je te krijgen. Ook dat je plezier hebt in dat oude portret van '91. Je herinnert je misschien dat 'k het indertijd aan Titia heb willen geven maar zij vond niet dat 't leek en zoo is het bij mij gebleven en ben 'k er langzamerhand aan gehecht.
[1:2]
Wat de reproductie betreft, 'k heb van de Amsterdammer eenige afdrukken gekregen op beter papier en zal je daarvan graag eenige sturen. Zelf fotografeer 'k niet meer sints tien jaar geleden, toen heb 'k al die spullen weggegeven. Wij zijn drie weken geleden terug gekomen uit Amerika na een afwezigheid van over de 8 maanden waarvan wij er 5 doorbrachten in San Francisco. Californie is 'n prachtig land en als 'k jonger was zou 'k er wel weer heen willen. Hier bevalt 't mij maar heel matig
[1:3]
hoewel 't wel heerlijk is weer in 'n eigen omgeving terug te zijn. De terug reis over Van Couver door de Rockies en door Canada was heel interessant en in Montreal zagen we de pracht collectie schilderijen van Sir William Van Horne voor wien 'k 'n introductie had.
Sir William inviteerde ons op zijn landgoed in New Brunswick waar wij meer dan 14 dagen gelogeerd hebben en waar 'k gelegenheid had het portret te schilderen van zijn schoondochter. Hij was daar zoo meê ingenomen dat hij mij [aanried terug te komen[?]
[1:4]
in Amerika om portretten te schilderen en dan moest 'k beginnen met 't zijne en hij zou wel zorgen dat 'k veel te doen kreeg. Je begrijpt hoe blij 'k was! Toen wij 'n week thuis waren kregen we bericht van zijn overlijden! Je moet maar in de schaduw geboren zijn!
Met Coba Tholen gaat 't den laatsten tijd weer iets beter sints zij in Gelderland zijn.
Hoewel 'k vrees dat je van plan bent 't niet te doen, moet 'k je toch zeggen dat je mijn vrouw en mij een groot plezier zou verschaffen als je met Titia eens aankwam
Met hartelijke groeten van ons beiden
je
Wim