Willem Witsen aan Maurits Benjamin Mendes da Costa
| Plaats: [Amsterdam] |
| Datum: 22 juli 1910 |
| Verblijfplaats: UBA, MDC XX K8 52, 19 |
[1:1]
Oosterpark 22 Juli 1910
Beste Mau,
Wat spijt me dat! Dat je mij nu toch nog vóór bent. De zaak is dat nadat we terug zijn gekomen van Ewijkshoeve, wij een huis vol werklieden hebben gekregen. - Er is getimmerd en geschilderd en op 't oogenblik zijn wij bezig om weer wat op orde te komen. Dat zal geschied zijn, op zijn allerlaatst overmorgen. Er is dan nog een week voor 1o Aug. en 'k had allang plan gemaakt je dadelijk te schrijven en je te vragen nog één avond ons te willen afstaan vóor je vertrek. Dat is nu door je briefje den bodem ingeslagen! 't Spijt me zóó, of liever 't spijt ons zóó, want ook M. had je graag nog eens gezien. Nu solliciteer 'k om een briefkaart als je op reis bent; laat eens iets van je hooren met 'n paar woorden.
Goede reis en veel plezier en hartelijke groeten van ons beiden.
Je
Wim
Auteursrechtvrij