Willem Johannes Theodorus Kloos aan Willem Witsen
Plaats: Den Haag |
Datum: 15 mei 1910 |
Verblijfplaats: KB 75 C 51 |
[1:1]
Den Haag
Regentesselaan 176
15 Mei 1910
Beste Wim,
Dank je van harte voor je trouwe bemoeiïngen! Ik vond het een beetje penibel, om het je te vragen, maar daar ik geen andren uitweg wist - want de goeje Hein woont in een andre gemeente, en is bovendien een beetje onhandig in zulke dingen, - trok ik de stoute schoenen maar aan, en dorst het jou te vragen, ofschoon ik begrijp, dat je het druk hebt en het geen allerlolligste boodschap is.
Maar zou je mij nu nog een groot pleizier willen doen? - Ik heb het maar voor 't vragen, schijnt het - geef mij dan even de namen en adressen op van de twee lui, die absoluut niet betalen willen, en van wie je zegt, dat ik er éen persoonlijk ken. -
[1:2]
Dan zal ik hun minzame briefjes sturen, en hen vragen, of ze het niet aangenamer zouden vinden, indien zij mij hun exemplaar van dien bundel terugstuurden. Ik zal hun natuurlijk heelemaal geen standje maken: ik zal 't wel zóó inkleeden, dat zij niet gefroisseerd kunnen worden, maar dan heb ik tenminste het boek, waar zij toch feitelijk geen recht op hebben, en waar ik dan den een of ander nog een pleizier mee kan doen, die het wezenlijk niet betalen kan.
Hoe gaat het met jullie? Het gaat ons, gelukkig, goed hier. Je etsen doen prachtig in de voorkamer: ik kijk er altijd met genot naar, evenzoo als J., daar wij aan tafel er vlak tegenover zitten: het is misschien heel mal wat ik zeggen ga, maar je zult het mij wel vergeven, want
[1:3]
je weet, dat ik nooit de dwaasheid heb gehad van mij als keurder van schilder- of ets-kunst voor te doen: ik vind ze zoo breed en zacht, en toch zoo prachtig-stevig, flink en diep-in. Je hebt er mij waarachtig een genot meê gegeven, dat mijn heele leven bij mij blijven en mij nooit vervelen zal.
Nu, beste Wim, nogmaals dank voor alles.
Met hartelijke groeten aan M. en jou, ook van J. en J., als altijd
je
Willem