Etienne Bosch aan Willem Witsen
Plaats: [Den Haag] |
Datum: 11 maart 1910 |
Verblijfplaats: KB 75 C 51 |
[1:1]
62, Adelheidstr. 11.3 '10
Waarde Witsen,
Heden ontving ik van mejuffrouw Brunt bericht dat Gij uit begrijpelijke voorzorg het bewuste cliché, waarom zij U verzocht, niet wenschte af te staan. Ik had de raad gegeven er U om te verzoeken, ook omdat Gij U indertijd tegenover mij hebt uitgelaten, desnoods de cliché wel te willen afstaan, hetgeen
[1:2]
U wellicht ontgaan is. - Ware dit niet zoo, ik zou er U waarlijk niet voor hebben laten lastig vallen, waarvoor ik U thans mijn excuus aanbied.
Niet om mijzelf de last of kosten te besparen had ik het cliché liever ter reproductie gehad, maar eenvoudig omdat het zoo goed was uitgevallen, en wij dus zeker konden zijn van een goede reproductie; terwijl wij nu moeten afwachten wat
[1:3]
er van terecht komt, daar het origineel, dat nu reeds verzonden is, te Antwerpen in behandeling word genomen, en wij vooraf wel geen inzage van proef zullen ontvangen. Ik was hier te meer toe genoopt omdat enkele photo's van teekening en etsen door de photograaf ten mijnent genomen absoluut niet goed waren, zoodat ik eenigzins bevreesd was het met het portretje dezelfde weg op zou gaan.
[1:4]
In vertrouwen dat Gij dit schrijven in besten welstand moogt ontvangen,
en met vriendelijke groet voor U en Mevrouw,
Steeds gaarne de Uwe
Et. Bosch