Willem Johannes Theodorus Kloos aan Willem Witsen
Plaats: [Den Haag] |
Datum: 29 november 1909 |
Verblijfplaats: KB 75 C 51 |
[1:1]
29 Nov. 1909
Beste Wim,
Je briefje deed mij veel pleizier, want ik was bang, dat mijn boek niet terechtgekomen was, en je dus bleef wachten op de ontvangst. Maar toen ik je brief las, dacht ik: ‘arme kerel’. Enfin, je knapt nu weer op, en je bent omringd door lieve zorgen, dus het zal wel weer gaan.
Nu wou je graag weten, hoe het met de N.G. staat: dat zal ik je vertellen. De uitgevers zeggen, dat we ± 600 abonné's hebben. Dat lijkt nu wel heel mooi: maar op het
[1:2]
oogenblik is het toch nog een moeilijke tijd. - Want de uitgevers hebben aan Groesbeek f 2 500 moeten betalen voor de overname. Dat ging in termijnen: de laatste termijn zal, vermoed ik, nu afgedaan zijn. Daardoor hebben de uitgevers van het jaar een beetje krap gezeten: want hun kapitaal, zeggen ze, zit grootendeels vast in hun zaak, die zij onlangs zeer hebben uitgebreid. Maar het zal nu in de toekomst wel beter gaan: want als je rekent dat wij verleden jaar 225 abonné's hadden en nu 600, dat is een groot verschil!
Wat ‘Onze Kunst’ betreft: die krijg je zoo spoedig mogelijk: dat er wat vertraging is geko-
[1:3]
men, komt alleen, omdat wij allebei zoo hard zitten te werken. Ik ben nu bezig om de proeven te corrigeeren van den 2en druk der Imitatio, waarbij ik een tweede Voorrede en een ‘Slotwoord’ heb geschreven, om mij te verdedigen tegen ds. Van Dijk, die mij aangevallen had. Simons, de redacteur der W.B., is er erg mee in zijn schik, en schreef mij, dat prof. v. Dijk zóó goed weerlegd is, dat hij niet veel zal weten te antwoorden. Dat doet mij natuurlijk pleizier, want het staat zoo mal, als Simons zou moeten denken, dat ik mijn werk, de vertaling, niet goed zou hebben gedaan.
Dat trouwens de prof. mij aanviel blijkt nu daarin zijn reden te vinden, dat hij zelf
[1:4]
een vertaling onder handen had, (die nu is verschenen) en dat deze natuurlijk een harden concurrentiestrijd te voeren heeft met de zooveel goedkoopere W.B. uitgaaf.
Enfin, je zult misschien zeggen: wat praat hij over zichzelf, maar ik zit dag aan dag die proeven der Imitatio te corrigeeren en denk er daarom voortdurend aan. Vergeef het mij dus maar.
Nu Wim, wij wenschen je hartelijk toe, dat je spoedig weer geheel de oude moogt zijn, tot vreugde van je sympathieke vrouw, van de Nederlandsche kunst en van alle menschen die van je houden.
Met een trouwe vriendenhand, en hartelijke groeten van Jean en Jacque. voor Marie en jou
je
Willem