Willem Johannes Theodorus Kloos aan Willem Witsen
Plaats: Den Haag |
Datum: 19 mei 1909 |
Verblijfplaats: KB 75 C 51 |
[1:1]
Den Haag
Regentesselaan 176
19 Mei 1909
Allerbeste Wim,
Nog altijd moet ik je bedanken voor dat prachtige portret, dat ik in goede orde van Wisselingh heb ontvangen. Ik had het dadelijk willen doen, maar zat aan mijn L. Kroniek, en moest daarna onmiddellijk weer gaan werken aan mijn boek over de 18e Eeuw, daar dit anders niet voor het najaar klaar komt. Maar nu breek ik er toch maar even uit. Het is een magnifiek stuk, en ook J. is er erg mee in haar schik. We zullen het een goede plaats om te hangen geven, ik denk op de deur, in de plaats van Gezelle, dan komt het als pendant van dat portret van Perk in witte lijst, dat je misschien wel hebt gezien,
[1:2]
toen je op mijn verjaardag hier was.
Dien verjaardag heb ik heel prettig gevonden, zooals ook vanzelf spreekt. Ik dacht niet, dat ik zoo bekend was, ik heb er eigenlijk nooit over gedacht. En des te meer treft het me dan, dat ik zooveel bewijzen van belangstelling heb gehad.
Van Deyssel heeft mij ook gefeliciteerd maar verder laat hij niet van zich hooren: ik heb tweemaal over zijn vader geschreven, nu weer in de N.G., zooals je weet, maar hij laat het langs zijn kant gaan, en de vormelijke man schrijft me zelfs geen korte, officieele bedankbriefkaart. Dat kan mij natuurlijk op zichzelf minder schelen, maar ik vind het zoo'n bewijs dat hij de vereeniging der tijdschriften à contre coeur heeft gezien, wat me spijt, want hij en ik zouden, geloof ik, wel het een en ander aan elkaêr kunnen hebben. Enfin, het
[1:3]
is nu eenmaal zoo, en ik kan er niets aan doen!
Verbeeld je Wim, ik heb Dientje B. een brief geschreven, heel onbevangen, d.i. heelemaal niet naar haar gezondheid informeerend, en toen heb ik een brief van haar terug gehad, heel gewoon en vriendlijk, rustig en opgewekt. Ik had trouwens den mijne geëindigd met ‘je vriend Willem’.
Wat een mooie lijst heb je om dat portret gezet! Het is inderdaad een cadeau voor het heele leven, omdat het altijd goed blijft en mooi.
Nu Wim, nu eindig ik maar weer. Wees nogmaals hartelijk bedankt, ook door J., en doe onze dito groeten, waarbij Jacq. de hare voegt, aan de levende mensch M., die jouw vrouw is.
[1:4]
Geloof mij, als altijd,
je toegenegen vriend
Willem