Willem Witsen aan J.H.E. Arntzenius-Witsen
Plaats: [Amsterdam] |
Datum: 6 april 1907 |
Verblijfplaats: KB 79 E 42 |
[1:1]
Oosterpark 6 April 1907
Marietje vraagt mij je even te antwoorden op je briefk. lieve Cobi, zij ligt nog te bed en het is toch beter dat je het gauw weet. Maandag middag moeten wij samen naar den notaris om de huwelijks voorwaarden vast te stellen en Dinsdag teekenen wij aan. Wij trouwen Donderdag over 14 dagen zoodat we in dien tusschentijd best eens in den Haag kunnen komen en ook heel graag zullen
[1:2]
komen als we maar weten wanneer je ons hebben kunt - 't is wel jammer dat het nu zóó treft dat we a.s. Maandag niet komen kunnen. Ik moet ook nog een paar dagen naar Wijk en misschien doe 'k dat wel Woensdag en Donderdag. - In 't eind van de volgende week zouden wij dus kunnen als we 't maar weten want er is altijd wat. Maar dan is Cobaatje & Tholen op reis en ben je misschien toch verhinderd? 't Is heerlijk
[1:3]
dat je geen slechte gevolgen hebt ondervonden van je uitstapje hierheen. Wij vonden 't zoo heerlijk lieve Cobietje alleen maar jammer dat 't zoo kort is altijd. Weet je dat je je waaier hebt laten liggen? Zal ik je hem misschien zenden met postpakket? Maandag avond zijn we bij Neyenhoff geweest, - de jonge Gerard was over en heeft heel mooi gespeeld op mijn basje - ik kan daar nu eens uit zien hoe slecht ik geleerd
[1:4]
heb en 'k zou wel eens willen weten of 't nu heelemaal te laat is. Wat zou je er van denken als ik nog eens wat les ging nemen? 't Heeft dit voor dat ik altijd meer zal studeeren. Maar bij wien? Mossel? 'k Heb wel gemerkt dat ik er niets van kan. - Die Appy was 'n stroosnijder! Nu, lieve Cobi, laat eens van je hooren of je ons nog hebben wilt vóór den 25en. Daarnà gaan we, zoo als je weet, tot begin Juni naar Wijk.
Veel hartelijke gr. ook van M. en 'n goede reis voor C. & Th. en veel plezier, met een hand
je
Wim