Willem Witsen aan Elizabeth Witsen-van Vloten
| Plaats: [Amsterdam?] |
| Datum: 30 oktober 1903 |
| Verblijfplaats: UvA, UB, XXX A 46, 1038 |
[1:1]
Vrijdag 30 Oct. 1903
Toen 'k vanavond thuis kwam uit den Haag vond 'k je tweeden brief lieve Beb; de eerste kwam gisteren avond - 'k schrikte wel even want onderweg denk 'k altijd als 'k thuis kom ‘wat zou er zijn’ en ‘geen brief van Beb, tenzij er iets is’ en 't eerste wat 'k zag, op de gewone plaats op 't buffet, was 't bekende handje.
Wat ben je toch aan 't tobben met die meiden en wat 'n rakker is die Marie! 't Ergste is dat je er niet tegen kunt en dat je 't veel te druk hebt. Zóó heb 'k je nog nooit gezien, je heb altijd nog meiden gehad en hulp
[1:2]
al was 't alleen daàrom wou 'k dat je maar weer hier was. Wat 'n land dat België! 'k Heb er altijd 'n hekel aan gehad en nù zie 'k pas met hoeveel reden! - Ik wou ook dat je 'n wandeling met me kon maken van avond - die oplossing van toen is nu niet meer noodig, dus hoef je daar niet aan te denken, - als je nu in Aerdenhout woont kan 't weer, dat is 'n troost, 'k kan er ook zoo vreeselijk naar verlangen en die dingen die voorbij zijn, zijn zoo erg als je er niets tegenover kunt stellen, al is 't dan ook anders.
De volgende week zal 'k misschien 'n paar dagen thuis blijven en dan zou 'k 's naar Dr. v.d. Horst kunnen gaan. De etsen gaan
[1:3]
goed, maar 't gaat langzaam, 't is zoo'n vreeselijk werk en de tijd zoo kort, elken dag. 'k Ben 's avonds bezig 'n verhaaltje te vertalen voor de jongetjes waar ze wel plezier in zullen hebben maar 't zal ook weer lang duren; alles gaat zoo langzaam en moeielijk bij mij. Maar al die bezigheid is prettig, hoewel 'k me dikijls agiteer omdat 't zoo lang duurt en 'k wou zoo graag gauw wat geld hebben, om te komen. Overigens is de eenzaamheid niet beter te dragen dan door die bezigheid: 'k denk aan niets dan 't werk en 't verlangen om gauw te kunnen komen. Wat moet 'k doen met die chèque? Verzenden? of is 't zoo maar?
't Adres van Cobi is: Pension
[1:4]
de Bruyn, Wilhelmstrasse, Wiesbaden. 'k Heb geen berichten verder gehad. Wel dat ze er aan dacht om in 'n hotel te gaan met 'n balcon op 't Zuiden, maar of ze daar al heen is weet 'k niet. Ik ben den 9en, van daag precies drie weken geleden, vertrokken - 't lijkt mij al veel langer. Dag lieve Beb, dank voor je brieven, je schrijft zoo prettig over alles en zoo duidelijk over de mannen. Geef ze toch 'n hartelijk klappertje van Vafie, - 'k stuur dit nu dadelijk maar even; de volgende week, als 'k weer 's wat langer thuis ben, schrijf 'k je uitvoeriger. Ook over de etsen, die nu in 'n angstige crisis zijn! Dag lieve Beb. Heb je Mevr. v. Wezel al gezien?
Dag,
Pim
Auteursrechtvrij