Willem Witsen aan Elizabeth Witsen-van Vloten
Plaats: [Amsterdam] |
Datum: 16 januari 1903 |
Verblijfplaats: UBA, XXX A 46, 1033 |
[1:1]
v. Lennepkade
16 Januari 1903
Ik had je juist van avond willen schrijven lieve Beb - je brief komt daar net. 'k Ben verleden week Vrijdag naar Wiesbaden gegaan, naar Cobi. Ik heb haar verteld waar we over spraken in dat omnibusje. Ze vond 't heerlijk als de jongetjes later bij haar mogen komen en ze zal je schrijven tegen dien tijd. Maar 'k heb haar gezegd dat je vooreerst nog niet terug denkt te komen. Ja, van Hamel heeft me direct geantwoord: dat hij je op je verzoek begin Juli gezonden heeft frs 400 = f 193 en in Aug. [frs] 1670 = 805,78 [totaal] f 998,78
blijvende het kleine verschil ter latere verrekening. Verder schreef
[1:2]
hij dat 'k den 3en Juni verleden jaar de schuld heb afgedaan zoodat er geen kwestie is van af houden van rente, zooals we dachten. Dat is dus in orde. Als 'k eenigzins kán zal 'k je maandelijks f 250 zenden en de rest wel verrekenen als 'k 's wat meer heb. Mijn schilderij is af maar 'k heb 't nog hier omdat 'k nog 'n paar kleinigheden moet veranderen als 't droog is - 'k ga nu teekeningen maken en hoop je dus in Maart 2 à 3 maanden te kunnen zenden (eerder heb je 't toch niet noodig), of meér omdat je toch geld krijgt van v. Hamel. Ik ga niet naar 't buitenland, tenminste niet zooals 'k me voorstelde. Als 'k nu ga (na die teekeningen) dan is 't om te werken. Ik zal me met niets verder inlaten 'k heb zóo veel te doen als 'k weer geregeld wil gaan verdienen en dat
[1:3]
is noodzakelijk. Als 'k maar 'n beter atelier had. Je weet zeker dat Poggenbeek dood is? Hij is verleden week Donderdag bij Diemerbrug begraven en uit 't aantal schilders en anderen die aanwezig waren bleek wel hoe bemind hij was. Ik heb mijn best gedaan om zijn atelier te krijgen, maar 't wordt tot mijn spijt niet meer verhuurd! Ik zal nu iets gaan zoeken in de oude stad. Beb, als je me weer 's schrijft - en 'k hoop dat je 't 's gauw zal doen want als 'k niets hoor maak 'k me allerlei voorstellingen en dat is zoo vreeselijk angstig - als je me weer schrijft, schrijf dan niet meer over dat huwelijk. Je schreef indertijd dat je dacht dat 't me moeielijk werd gemaakt en daarop heb 'k geantwoord dat de moeielijkheden van mìjn kant komen. Nu, dat is er sints toen niet beter opgeworden, in tegendeel - en er zal wel niets van komen. 'k Kán
[1:4]
niet anders handelen dan 'k doe, of 't goed is of niet, voor de toekomst, of je 't prettig vindt of onaangenaam, of de menschen me uitschelden of naar hun goedvinden beoordeelen - 'k doe ten slotte tòch wat 'k voor m'n eigen geweten noodzakelijk acht. Schrijf er dus niet meer over en denk er niet meer aan; 'k kan 't je niet allemaal uitleggen maar wèl weet 'k dat over eenigen tijd, als we elkaar weer 's in Brussel ontmoeten - of wil je dat niet meer Beb? - 'k niet meer zal weigeren om meê te gaan naar de jongetjes, want 'k geloof dat 'k dan de vriendschap die je me aanbood wel kan accepteeren. Maar spreek er nu niet verder over en wees maar gerust. Misschien wordt dan alles nog wel 's zoó dat je er vrede meê hebt en 'k wil je wel beloven dat, nu 'k zooveel zuiverder tegenover je sta omdat 'k niets meer heb wat me niet toekomt - 'k alles zal doen om 't je gemakkelijk te maken. Wil je me dan 's schrijven over de jongetjes en jullie leventje?
[2:5]
Ik stuur je maar even de postzegels lieve Beb en hoop maar dat 'k gauw van je hoor dat je weer beter bent en de jongetjes ook. Als nu werkelijk de pokken gaan heerschen, begrijp 'k niet wat je langer in dat akelige, slecht ingerichte land doet. Kom dan maar hier, - niemand zou er iets van merken als je 't niet wil en ons land is toch groot genoeg anders. 't Is zoo gevaarlijk omdat je zoo in 't volk leeft en in 'n winkel waar iedereen komt! Gelukkig dat je de jongens nog binnen hield, wat vreemd van die oogen! Heeft Pam 't niet meer? Neem nu zelf rust en laat de juffr. of E. op de jongens passen; die hoofdpijn is vreeselijk en daarvoor moet je rust nemen en slapen en flink voeden; 'k schrijf dit in haast en hoop zoo dat alles goed zal gaan.
Dag lieve Beb, dag lieve jongens, hoor 'k gauw wat?