Gerrit Jan Hofker aan Willem Witsen
Plaats: [Den Haag] |
Datum: [? april 1902?] |
Verblijfplaats: KB 75 C 51 |
[1:1]
Batjanstraat 5.
Beste Wim, ik heb je nog vergeten te zeggen, dat ik van den middag, dat ik je verliet een influenza heb gekregen of geweldige verkoudheid, zoodat alles mij pijn dee. Vanmorgen was 't over, maar vanavond heb ik een neusverkoudheid gekregen, die waarschijnlijk wel 't eind (van de ongesteldheid) zal zijn. In elk geval voel ik mij nu, sinds Vrijdagmiddag niet ziek meer.
Maar ik wilde je even melden, dat de Leidschegracht hangt aan gedraaid koperdraad en best te zien is, tenminste 't valt erg mee. Met Marie heb ik juist, terwijl ze op de canapé lag een kursus gehouden over 't topographisch verband tusschen de twee etsen; wáár ze vroeger op den Keizersgr. thuis was (ze kent de Leidschegr. goed); waar de aptheker op den hoek woont, die altijd zoo vriendelijk voor haar was enz. Ook kent ze het huis met de Heemskinderen. Ze laat je nog eens vriendelijk
[1:2]
bedanken. De passepartout doet prachtig.
De heele kamer is van de ets in de hoogte gekomen. Boven 't bruine kastje hangen de delvers; de fotograaf-portretten zijn verdwenen en op den schoorsteen staat een go[u[?]dkleurige gemberpot en een paar dik buikige blauwe kruikjes, nog uit Marie haar jeugd, uit Edam, afkomstig, waarin water werd gehaald uit de Zuiderzee om haar te laten drinken op raad van den dokter. Nu heeft ze er judaspenning in. Het kleine etsje, waar je nu, door 't betere licht, 't torentje weer zien kunt (wat een mooi etsje is 't) hangt op twee krammen op de deur, die naar 't achterportaaltje leidt en doet nu heel goed in de kamer. Je moet maar eens gauw komen.
Heb je nog aan Stronk geschreven? Ik had je nog moeten zeggen, tot goed begrip, dat ik geprobeerd heb 't op de kosten van de passepartout te brengen, die hij gemaakt heeft, maar daar liep hij zoo
[1:3]
handig over heen, dat er me niet anders overbleef dan te bedanken en 't erg vrindelijk te vinden, dat hij uit zorgzaamheid de etsen zelf gebracht had. Ik geloof ook, dat hij 't ook zóó wilde opgevat zien.
Schrijf je eens gauw.
t.t.
Jan
De Groeten van M. Vanavond ben ik weer aan m'n werk begonnen.
Heb je een genoegelijken middag gehad?