Willem Witsen aan Arthur van Schendel
Plaats: Ede |
Datum: 8 november 1899 |
Verblijfplaats: LM, AVS/ 2.a.5 (W) |
[1:1]
Ede 8 nov. 1899
Beste Arthur,
Ik ben geen briefschrijver en 'k zou je waarschijnlijk ook nu niet geantwoord hebben op je brief, hoe prettig of 'k 't ook vind 's iets van je te hooren, maar nu moet je me toch 's zeggen waar 't adres is van Mevrouw je moeder. Eenigen tijd geleden heeft ze mij geschreven en mij gevraagd om Bantans; 'k heb haar toen geantwoord dat 'k haar heel graag 'n haantje en 'n paar hennetjes zou geven van de zilver-ditos maar dat ze nog te klein waren. Ze heeft mij daarop verzocht de diertjes te houden tot zij verhuisd zou zijn naar Amsterdam in de maand november. Ik veronderstel nu dat ze verhuisd is en zou haar gaarne de kippetjes zenden maar weet nu haar adres niet. Toe, licht me daaromtrent eens in, wil je? 't Gaat ons allen
[1:2]
hier heel goed, - de jongens worden met den dag aardiger en gezelliger: je moet dat gekheid-maken zien van Erik en Pam en van beiden met den kleinen Odo! - De tuin ziet er nu ook mooi uit met den herfst en de kippen loopen nu weer los, - dat is altijd heel aardig. De meesten zijn door de rui - er is er nog maar eén - de Orpington haan - die er op z'n bespottelijkst uit ziet, - hij kan bijna niet uit z'n oogen kijken, z'n kam is blauw en in eén gekrompen en in z'n staart zit nog eén veer, of-ie er in geprikt is door een of anderen ondeugenden snaak! - Je vriend, de brown-red ouwe kriel, die altijd zooveel te klagen heeft - en nòg altijd - is onder handen genomen door z'n twee contribunalen, de zwart Bantans en bij die gelegenheid heeft hij de achterhelft van z'n kam op 't slagveld achtergelaten. Verder is Paasch eenigen tijd
[1:3]
uit logeeren geweest op de hei bij de kudde om niet te vergeten hoe z'n stamgenooten er uit zien - maar morgen komt ze terug.
De ratten zijn fleuriger dan ooit maar de eéne muis treurt nog altijd om z'n eenzaamheid: 'k woû maar dat je me 'n adres kon geven om 'm 'n vrouwtje te verschaffen.
Ik ben erg ingenomen met je tegenwoordige conditie: die beef of mutton en 'n aardappeltje elken dag lijkt me prachtig - 'k watertand ervan!
Je portretten liggen nog altijd klaar: 'k heb zelfs nu cartons erook voor - tegen dat je terug komt zal 'k zorgen dat ze klaar zijn, - 'k hoop maar dat de komeet geen spaak in 't wiel zal steken!
Nu adieu, tot ziens - schrijf me 's gauw, wees hartelijk gegroet van ons allen en geloof me, met 'n hand,
t.t.
WimWitsen
Kom je wel 's bij v. Wisselingh?