Hendricus Johannes Boeken aan Willem Witsen
Plaats: Amsterdam |
Datum: 2 en 3 maart 1898 |
Verblijfplaats: KB 75 C 51 |
[1:1]
Amsterdam 2 Maart 1898.
Beste Wim,
Ik dank jou ook wel voor je langen brief. Ik heb den vorigen keer gezegd dat ik nog wat over Gorter wou schrijven, maar nu kan ik me maar heelemaal niet te binnen brengen wat. Dat ik vind dat zijne tegenwoordige beweringen niets met kunst te maken hebben heb ik je geloof ik al geschreven. Hij en de menschen die zich in den dienst van zulke begrippen als Socialisme vermeien doen eenvoudig niet wat hunne hand vindt om te doen. Het is trouwens precies het tegenovergestelde van kùnnen, wanneer je probeert de wereld hetzij te beschouwen hetzij te hervormen naar algemeene begrippen.
[1:2]
Het is bovendien ook al dwaas om te denken dat je alle die groote machten als ambitie, hebzucht, heerschzucht die zoo mooi zijn hoe zeer je er ook van hebt te lijden, zoudt kunnen ontzenuwen door eene nieuwe regeling. Bovendien geloof ik toch ook niet dat in den fellen strijd de kunst, ik bedoel wat jij noemt het onbewuste werken van enkele menschen minder zal worden of verdwijnen. Ik geloof dat zij is als het Nessus-kleed dat al kijkt men er jaren of eeuwen niet naar om, wanneer men het weer in het daglicht brengt, toch altijd zijn zengende en verteerende macht zal hebben behouden.
Ik heb gisterenavond - want tusschen dezen en den voorlaatsten zin ligt een avond en nacht - het leemen wagentje of Vasantasena gezien. Hoewel er eigentlijk heel weinig van is overgebleven, is het toch heerlijk om dit stuk te zien omdat je er in een
[1:3]
heele andere wereld door komt. Ik heb gelukkig dit jaar, nog veel meer dan verleden jaar, een gevoel of ik door allerlei dingen een heel eind word vooruitgestuwd hoewel ik voor mijzelf ook net voel of ik om zelf wat te maken alle habiliteit mis.
Wim, het wordt vandaag gelukkig zomersch geloof ik dus ik hoop dat je nu wel eens zult komen. Ik zou wel graag eens overkomen en Dien ook maar liever over een week of drie. Zij werkt nu niet meer op zoo'n fabriek, maar wel thuis maar is nog niet aan een bepaalde studie maar krijgt thuis kleine bestellingen.
Wees met Betsy en de jongens van ons beiden hartelijk gegroet. De oude heer wordt nu weer op de voorkamer verwacht maar zijn komst wordt telkens uitgesteld. Je teekening is uit de lijst gezakt omdat zij niet vastge-
[1:4]
plakt is. Van Eeden gaat een artisten kolonie stichten bewoond door hemzelf, v. Meurs, Labberton maar Willem wil er niet in. Zij gaan zelf den grond omspitten en de vrouwen mogen geen dienstmaagden houden.
Nu Wim wees de hand gedrukt
door
Hein.