Willem Johannes Theodorus Kloos aan Willem Witsen
Plaats: [Amsterdam] |
Datum: [eind juni 1895] |
Verblijfplaats: KB 75 C 51 |
[1:1]
Beste Wim,
Ik zit maar weer hier. Mulder heeft me verzocht om weg te gaan. Kijk nu. Ik wensch te wonen op een ongemeubileerd apartement, onder mijn eigen meubelen en boeken, en dat mij de ruimte geeft, om heen en weêr te loopen. Dán alleen kan ik werken en zelf geld verdienen door proza.
Schrijf mij nu s.v.p.
De jas, die ik aanheb, daar kan ik natuurlijk, hoewel niet graag, meê over straat loopen - m'n hospita, die hem had versteld zei zoo even nog, dat dàt
[1:2]
geen jas was voor een heer, maar een woning daarmede te huren, zonder contanten in mijn zak, om vooruit te betalen, dat is een ondenkbaar iets. Zeg nu niet, wat gaat mij dat aan, maar doe eens iets voor me. Schrijf b.v. aan v. Looy of aan v. Eeden hierover, wil je.
Na vriendelijke groeten aan Betsy
je
Willem Kloos.