Hendricus Johannes Boeken aan Willem Witsen
Plaats: Amsterdam |
Datum: 29 mei 1893 |
Verblijfplaats: KB 75 C 51 |
[1:1]
Amsterdam 29 Mei '93
1e Parkstraat 438
Beste Wim,
Ik heet jou en Betsy welkom in je nieuwe thuis en ik hoop je spoedig eens te zien. Sedert 14 dagen wonen we nu in de Parkstr. en het bevalt ons hier heerlijk. Het is net of we in een zomerverblijf zijn, zoo'n verschil is het met die benauwde J. v.d. Heydenstr. Ik kan je over de N.G. zaken niet veel nieuws schrijven behalve dat het met de Juni afl. niet voorspoedig gaat. Versluys heeft Gorter per brief verzocht om copie. G. heeft geantwoord dat hij met zijne medewerking wilde wachten tot de verandering in de redactie tot stand zou zijn gekomen, en dan wilde
[1:2]
hij een nieuwe overeenkomst over honorarium treffen. Nu heeft Willem Donderdag hem nog eens dringend geschreven, met de verzekering dat als later zijn honorarium zou verhoogd worden, zijn tegenwoordig werk ook zoo zou worden berekend. O.a. ook ‘Als je rustig afwacht de dingen die komen zullen, niet als de man die de kat uit de boom kijkt, maar als de vertrouwende, die weet dat er voor hem gezorgd zal worden, naar besten wil en vermogen, dan kan dat niet anders dan èn voor jou èn voor het tijdschrift het beste zijn.’ Het is nu Maandag en hij heeft nog niet geantwoord. Wat moeten we hier van denken? - Je moet weten dat de vorige kwestie van die ontmoeting door G. zelf uit de wereld is gemaakt. Willem schrijft hem nu weer zeer dringend.
[1:3]
Veth en Van Eeden hebben ook niet geantwoord op W.'s vraag of ze iets dachten te hebben voor de aflevering. Ook hebben wij gemerkt dat er van den winter gedurende W.'s ziekte achter zijn rug veel meer plannen gemaakt zijn dan we ooit vermoed hadden. Ik hoop dat we spoedig dit alles eens kunnen bespreken.
Vertel toch ook eens wat je in de spoor is over komen. Ben je wezenlijk aangevallen of was het nog maar een vermoeden? Nu maar, dat is tóch ook al angstig genoeg.
Jan hebben we al dien tijd veel gezien, de laatste dagen niet, want zijn vrije uren treffen zoo slecht, en hij is aan het schrijven.
Nu groet Betsy hartelijk van mij en ook van Willem, dank haar voor haar vriendelijke woordjes,
dag beste Wim
t.t.
Hein