Willem Witsen aan Elizabeth van Vloten
| Plaats: Amsterdam |
| Datum: 24 oktober 1892 |
| Verblijfplaats: UBA, XXX A 46, 922 |
[1:1]
Mijn eigen lieve Beb, ik ontvang daar net je briefje: dan kom ik morgen (Dinsdag) en ga Woensdag naar Oisterwijk, nee toch Donderdag want 'k heb hier nog te doen o.a. zien dat 'k van m'n vader de middelen om dit mooie plannetje uit te voeren machtig word! Dag liefste mijne - 'k heb van avond 'n conferentie met Mieb, op haar verzoek. - Willem heeft me zìjn en voor zoover 't noodig is ook haár brieven laten lezen - vervelend onderhoud. - Pet is weg - 'k voel me voor 't eerst vandaag weer rustig normaal in m'n eigen omgeving. Dag lieveling. Tot morgen, 'k kom met den trein van 3.55 hier van daan stadstijd even half vijf in Haarlem
[1:2]
maar vraag eerst aan je mama of 't goed is, anders voel 'k te gegeneerd.
Beb, gaan jullie meê naar Oisterwijk? Natuurlijk (moet 'k 't zeggen?) ga 'k liever met B. (inclusief M. - enfin) dan met W. en H. - Als we Donderdag gaan met dien mooien trein hier van daan dan zijn we om half tien al in O. dan heb 'k nog den heelen middag om te werken - en dan Vrijdag en Saterdag ook. Marie zou nog wat kunnen etsen.
Dag mijn Beb, dit keer heusch dag mijn eigen liefste meisje
jouw jongen
Pim
[1:3]
Maandag morgen
24 oct. 1892
438 1e Parkstr.
Amsterdam
N.H.
Mìjn lieve Beb (vul maar in hiertusschen) Beb d'r eigen jongen dat ben ik. Beb d'r Pim, dag Bebpy
Pim
Auteursrechtvrij