Willem Witsen aan Elizabeth van Vloten
Plaats: [Amsterdam] |
Datum: [25 september 1891] |
Verblijfplaats: UBA, XXX A 46, 1136 |
[1:1]
Vrijdagavond half zes
Mijn eigen Bebpy, mijn lieve Beb, 'k heb tot nu toe gewerkt - 'k ben niet later opgestaan dan gewoonlijk - dadelijk na dat 'k 'n stukje had gebruikt als ontbijt ben 'k begonnen aan 'n studietje van de lelies en hoe 't geworden is weet 'k niet; - misschien is 't wel niets, maar evengoed kan 't heel mooi zijn. O 'k ben zoo moe. Beb moet 't maar 's komen zien bij gelegenheid. Als 't niets is heb 'k toch in ieder geval hard gewerkt vandaag. M'n vader is er even geweest, hij kwam 's naar me zien, zei hij - en naar de schilderijen die 'k morgen naar Arti zend. Ik ben door blijven werken, terwijl hij zat te praten - hij is trouwens niet lang gebleven. Beb, 'k heb gisteren avond op den weg huis waarts - in de Warmoesstraat - François ontmoet en toen zijn we nog wat blijven praten in een van die bierhuizen - de
[1:2]
tram was toch al allang weg en verder heeft hij me 'n heel eind thuis gebracht, - en 'k heb aan Bebpy gedacht maar die lei allang in d'r bedje, denk 'k - 't was bij tweeën toen ik thuis kwam. - Ik ben van daag niet bizonder moe - ten minste niet die soort moeheid - 't zit nu [m[?]eer in m'n hoofd - door 't werken.
Gelukkig, mijn Beb, dat er nog rijtuigen stonden gisteren avond, en mijn Bebpy is mijn heel lieve, lieve kindje. Nu ga 'k van avond naar Ising. Lieve Beb, morgen komt Pim met den trein in Haarlem, kwart over vijf - ik neem 'n kaartje dóor naar Zandvoort. Bebpy, pas toch op dat je niet te laat komt! Mijn lieveling, gaan we naar Zandvoort - en de zee en de duinen? Ja mijn Beb? Dag mijn eigen lieveling - dag mijn Bebpy - ik moet nog even antwoorden op 'n brief van Jaap - die me schreef om geld! Beastly nuisance, that is -
Dag Beb
je eigen
Pimmy