Willem Witsen aan Elizabeth van Vloten
Plaats: [Amsterdam] |
Datum: 5 augustus 1891 |
Verblijfplaats: UBA, XXX A 46, 1098 |
[1:1]
Woensdag avond, 5 Aug. 1891
Mijn eigen lieve Beb, ik zit op 't oogenblik te schrijven in de leeskamer van Kras Napolsky, geen plaats om 'n lieven brief te schrijven aan mijn Bebpy - ik zal dan ook meer niet schrijven, alléen dat 'k van morgen Beb d'r brief gekregen heb, zoo heerlijk - en van middag den anderen. Lieve lieve Beb, mijn eigen kindje - zóo heerlijk - Beb, schrijf Pim toch veel - van morgen toen 'k wakker werd in m'n eigen bed, was 't zóo'n tegenvaller - 'k ben aldoor nog in Ruurlo bij mijn Beb. Gisteren avond dacht 'k al te schrijven, - 'k verlangde er zoo na, al in den trein. En van daag en van avond ook - maar 'k word aldoor verhinderd. Nu ook weer door Willem, die 'n explicatie met me hebben wou. 't Is alles weer bij 't oude - 'k ga er ook weer eten - en ze laten me verder vrij - dit even terloops.
Beb, proef die perzikjes 's goed, ze zijn me geleverd voor iets heel goeds, maar je mag 't wel zeggen als 't niet zoo is. Beb, 'k voel niet prettig - 'k moest maar weer in Ruurlo komen - daàr was 't goed bij mijn Bebpy,
dag lieveling, dag Beb
dit geldt niet meê, maar 'k ben toch je eigen
Pimmy