Willem Witsen aan Elizabeth van Vloten
Plaats: [Amsterdam] |
Datum: 2 april 1891 |
Verblijfplaats: UBA, XXX A 46, 1073 |
[1:1]
2 april 1891
Donderdag avond
Vanmiddag heb 'k je brief gekregen mijn lieve lieve Bebpy. - Hein kwam er meê boven toen hij Willem had binnen gelaten - maar Hein heeft niet geposeerd - hij was wel 'n beetje laat van middag maar dat is toch de reden niet. De reden is dat 'k heelemaal geen pleizier had om weêr aan 'm te beginnen; 'k heb wel hard gewerkt - (terwijl Hein zat te lezen) - 'k ben 'n nieuw schilderij begonnen - Trafalgar Square - 't zelfde - alweer - als eén boven - groot - in de zelfde lijst als Hein's portret. - O 't is wel goed gegaan en 'k voel heel blij over m'n werken - Want gisteren heb 'k 't andere afgemaakt - 't kleine - en heb 'k ook nog de teekeningen op
[1:2]
gespannen - op geplakt - en daaraan nog gewerkt ook; - en ook heb 'k brieven geschreven, eén aan Frank en een aan Kapteyn - 'k heb Frank geschreven dat 'k zóo bezig ben voor Rotterdam en Munchen dat er waarschijnlijk wel in den eersten tijd niets komen zal van m'n schilderen van René - maar dat 'k maar vast de muziek zou zenden voor z'n vrouw om in te kijken; - en aan Kapteyn heb 'k geschreven dat 'k Maandag tot z'n dispositie ben.
Nu komt Hein morgen poseeren, maar 'k heb zoo'n idée dat er weer niets van werken komen zal - 'k ben zoo in die andere dingen - maar enfin - dat weten we vooruit niet.
De N.G. komt van avond uit.
[1:3]
Ik heb gisteren avond Willem verteld dat 'k er niet aan dacht om z'n voorstel aan te nemen; - en we hebben er lang over gepraat - want 't schijnt dat hij 't wel heel graag woû; - hij heeft over Fr. v.E. niets kunnen zeggen zoodat dat er weêr niet in komt, - maar hij heeft toch buitendien nog twee vel.
Bebby, komt Pim nu morgen avond in Haarlem? om zes uur Beb? - O 'k verlang wel erg dat Beb weêr 's hier komt - wat is 't alweêr lang geleden - en 'k heb je zoo veel te laten zien. 't Lijkt me zoo veel - eerst gisteren zoo prettig dat schilderijtje - maar vooral 't groote van vandaag - daar ben 'k aldoor zóo meê bezig - 't lijkt me zóo veel - en 'k zie 't ook zoo. - 'k Ben blij dat 'k de teekeningen van die
[1:4]
dingen op 't oogenblik niet op m'n atelier heb - nu is 't of 'k er nooit iets van gemaakt heb en kan 'k 't maken zooals 'k 't zie, zoo mooi. - Beppy, ben je niet heel blij? - en nu ga 'k zoo voort - en andere dingen ook hier uit de stad, ga 'k nu beginnen en 'k zal zóo hard werken dat 'k 't gauw noodig heb om 's naar Putten te gaan; - en dan gaat Beb ook, is 't niet Bebpy? Beb, laten we Zondag toch maar naar Bussum gaan al is 't kort - anders komt daar ook weer niets van in de drukte van 't werk - 'k zal wel even schrijven om te zeggen dat we komen - alleen zou 'k toch heel graag Zondag hard werken tot half vijf b.v. Hein kan dien dag vroeg komen. Dag mìjn mìjn lieve Beb, dag mìjn lieve lieve kindje - tot morgen Beb - dag - kom je me halen morgen Bebpy? Jouw eigen Pim? mijn eigen Beb?
Dag, dag.
Pim