Willem Witsen aan Frederik van Eeden
Plaats: Londen |
Datum: 29 november 1888 |
Verblijfplaats: UBA, XXIV C 90, Witsen4 |
[1:1]
Londen 29 nov. '88
Bijgaanden brief heb 'k in m'n zak gehouden beste Free omdat 'k 'm geschreven heb in 'n vervelende weeke stemming; eerst dacht 'k 'm nu maar meer te zenden, maar er staat toch een en ander in wat 'k graag heb dat je weet. - Hein is sints 'n paar dagen hier en op 't oogenblik zijn ze zamen uit. Van middag moeten we eten bij mr. Kapteyn.
Hein heeft van daag, toen ik er niet bij was, Willem de verzen van Verwey laten zien. Ik schrikte er eerst van - maar toen 'k binnenkwam zei W. dadelijk heel opgewonden: ‘Kijk 's Wim dat moet je zien. Lees 't 's voor mìjn plezier’ en toen heeft hij me 'n paar sonnetten
[1:2]
voorgelezen en hier en daar regels laten zien; en hij was zoo vroolijk, en hij vond 't zoo verschrikkelijk slecht, alles rijmelarij, zeid-ie, en zoo jammer van zoo'n groot kunstenaar. Hij las er een van de Christus sonnetten tegen over en begreep maar niet waarom dat boek zóo slecht is. Hij heeft 't heele boek door gelezen en beurtelings gelachen en gehuild - gelachen om 't belachelijke en 't leelijke; gehuild om 't jammere. Hij is tegen woordig heel goed en drinkt weinig. We hadden gisteren ochtend geen van drieën geld, - en bespraken allerlei middelen om er aan te komen. Ik krijg niet voor Saterdag en gisteren was 't Woensdag - en niets in huis.
[1:3]
Willem wou Hein in den lommerd zetten en ik dacht er aan om m'n etsen te gaan aanbieden aan Buck & Reid of zoo, voor wat ze er voor geven wilden. Maar op éens - W. noemt 't de Voorzienigheid - houdt er 'n cap voor de deur stil en komt 'n heer aan kloppen; God beware dat is Wisselingh zeggen we alle drie. Wisselingh met z'n vrouw. W. zei dadelijk: je moet wat geld van 'm leenen. Maar 't was niet noodig want W. kwam 'n stuk of wat afdrukken van m'n laatste ets koopen, - zoodat we uit den brand waren. Ik heb met Wisselingh gegeten gisteren in z'n hotel en verder 'n heel genoegelijken avond gehad. Maar vin je 't niet curieus? We waren wezenlijk zóo verlegen met onze
[1:4]
positie. Hein blijft 'n paar weken hier denk 'k - dat is heel prettig, ook voor W.W. is erg ongerust over de aflevering en over de bazigheid van Verwey. Hij spreekt er aldoor over.
Ik geloof dat 'k Verwey heelemaal niet meer schrijf. Ik heb soms medelijden met 'm; maar als de indruk juist is die 'k de laatste dagen gekregen heb uit 'tgeen W. vertelt en wat jij schrijft dan is hij heel slecht en erg klein. Hij denkt sterker te zijn dan iedereen. - Nu beste Free, moet je m'n geschrijf maar nemen voor wat 't is. Ik heb veel moeite met schrijven en zeg nooit wat 'k had willen zeggen.
Als je 't missen kunt zou 'k erg graag zoo'n aardig portretje van Hans hebben. Ik heb nooit in de werkelijkheid gezien dat ie zooveel op jou lijkt. Enorm, de bouw van z'n oogen en 't neusje.
Adieu, veel groeten.
Wim