Willem Bastiaan Tholen aan Willem Witsen
Plaats: Rijswijk |
Datum: 7 maart 1887 |
Verblijfplaats: KB 75 C 51 |
[1:1]
Rijswijk 7 Maart 87
Het feest bij van Eden is nu zeker in volle gang, je zult dunkt me de pretjes wel moe beginnen te worden en naar een rustige tijd verlangen om je hoofd een beetje te kunnen verligten van al de mooiïgheid die je de laatste tijd opgenomen hebt, want het zal wel tot barstens toe vol zitten met mooie sujetten en vooral als de houthakkers in je hoofd beginnen op te spelen, zet er dan gauw een paar in een lijst! Waarom ben je toch zoo gauw weggegaan, we hadden zoo plezierig kunnen wandelen, Zondag en je verzuimde toch niet, want als het niet een volgende dag kon voortgezet worden beduiden een paar uur werken toch ook niet veel. Hoe lang moet deze nu op je wachten, tot
[1:2]
Donderdag? En dan plak je zeker ook gauw wat papier op voor aquarellen, je hebt zulke mooie bordpapieren om op te spannen en zoo'n heerlijke lamp voor 's avonds! Want je moet lid zien te worden van de teeken maatschappij - stilletjes - zonder er vooraf iemand over te spreken. Dan is 't zoo'n verrassing. Weet je wel dat de tijd van inzenden voor den Haag (de 3 jaarlijksche) is van 18 April tot 2 Mei? Dat schiet ook al gauw op! 't Is wel jammer dat je Middelburg laat voorbij gaan. - Je woont daar in een heerlijk land, ik moet gedurig denken aan de laatste dagen bij je, zoo bizonder mooi als ik 't vond dat waren echte dagen van genieten! Als ik tijd had zou ik wel graag een poosje bij je werken en maken iets van hetgeen ik nog even schilderde.
Hoe is 't met Jan en de schaap? Vooral is 't bij Ewijks hoeve zoo prettig om te werken om dat je niet eens van ijzer en staal
[1:3]
behoeft te zijn om 't weer te kunnen trotseeren. Wat zagen we Jan mooi! Nu ik er aan denk, zie ik weer alles en vooral in schaaps kooi! Heb je dat oude doek nog? Dat is dunkt me zoo goed geprepareerd.
Gisteravond kwamen Br. en Cobi ons even verrassen, en vertellen dat 't nu zoo goed als zeker is, ik geloof zelfs heel zeker dat ze naar Amsterdam gaan. Ze spreken al over huizen. De voordeelen van het mooie gezicht op het oosterdok of bij 't Vondelpark of Artis werden druk besproken. Cobi ging van middag naar Stad.
Ik moet nog kwasten wasschen en een heele boel doen; eigenlijk had ik je niets te zeggen, maar 'k wou je even een lettertje schrijven in de hoop het je aan leiding mogt geven, het mij ook eens te doen als je met je tijd geen raad weet of je hart het je ingeeft. Moge het eerste weinig het geval zijn! Eigenlijk bedoel ik: ‘het eerste zal wel niet het geval zijn!’
[1:4]
En nu adieu! Was 't nogal aardig bij van Eden? Van Cobi hoorde ik dat je naar Laren ging, heb je wel mooie dingen bij Mauve gezien?
Adieu! en een hand
je vriend
Tholen.