Jan Piet Veth aan Willem Witsen
Plaats: Dordrecht |
Datum: 19 januari 1887 |
Verblijfplaats: KB 75 C 51 |
[1:1]
Dordt 19 Jan. '87
Beste Wim,
Mijn brief is weg en ik vergat nog iets. Een chroniqueur mag de meest mogelijke minachting hebben voor krantengeschrijf, hij mag toch niet met zijn meening bij het publiek voor den dag komen zonder te weten wat er over een quaestie geschreven werd. Daar ik me nu tot taak stelde je een paar artikelen op te noemen, moet ik daarbij, bedenk ik me, nog een artikel in ‘de Amsterdammer’ noemen, dat je wellicht niet las. Het was in een Haagsche brief en geschreven door Netscher. Hij sprak met veel ophef doch in geforceerde taal over jouw werk. - Ik vernam over de heeren dat Loffelt met de expositie is ingenomen. Hij zal dus nog wel schrijven.
Als je over den wedstrijd W. v. C. schrijft, wil je zeker wel zoo goed zijn nog eens even over te lezen wat v. E. er verleden jaar over schreef en ik verleden maand, opdat er in de beweringen van de N.G. over deze zaak een zekere homogeniteit zij. Als wij verward zijn en nu dit, dan dat beweren, kan de N.G. nooit invloed hebben. Men zegt dan dat men niet weet wat men aan ons heeft, en door te veel te willen, schieten we ons doel voorbij.
t.t.
Janpiet