J.E.H. Arntzenius-Witsen aan Willem Witsen
Plaats: [Den Haag] |
Datum: [9 november 1886] |
Verblijfplaats: KB 75 C 51 |
[1:1]
Dinsdag morgen
Ik heb gisteren de overhemden gekocht b. W. en naar Baarn laten verzenden met de post. Je mag er een voorzichtig passen en als 't niet goed is op dezelfde manier terugzenden; je kunt dan wel nagaan hoeveel grooter 't moet wezen, als je weet dat dit no. 40 is en Br. 38 heeft. Dat wilt je er dan wel bij opgeven? 't Is bij Sachs hoek Pooten en Hofstraat. Zooeven is er een plaat of ik weet niet
[1:2]
wat gekomen uit Amst. met een lak W.M. Ik dacht eerst Willem Maris maar die woont hier; je zult 't echter wel weten. Het was naar dat je Zondag absoluut weg woû, ik zag dat je niet in je schik was en dan vind ik 't dubbel naar; ik weet dan niet wat je hebt of er in je omgaat en zou 't zoo heerlijk vinden als je 't zeggen woû. Dit is geen verwijt hoor! 't Hindert me alleen
[1:3]
dat 't niet anders zijn kan, we hebben toch zoo lang veel doorgeleefd en ik weet wel dat dit bij mij nooit zal veranderen. Als je geen lust hebt hier te komen of te blijven als we je zoo animeren is 't wat anders hoewel dan toch dáárdoor niet prettig, maar als je zoo om geen reden weg wilt vind ik nog naarder.
Ben je gisteren morgen nog naar Laren gegaan en M. gesproken en hoe
[1:4]
was hij over de etsclub? en ben je nu van Bussum terug of daar blijven slapen? Ik dacht er zoo aan gister av. of 't gezellig was en of van Eeden je nog meêviel. Ik zat erg saai hier, Br. had zich erg driftig op Bob gemaakt en was toen in een gedrukte, saaie stemming. Hij heeft dien ingenieur gesproken en een goeden indruk van gekregen zoodat 't wel gebeuren zal. Ik was 2 m. aan den trein, om 5 kwam hij pas en ik liep den heelen middag alleen totdat ik C. tegenkwam.
Dag Wim, kom je Zat. weêr? In haast
t.t.
Cobi.