Lusthof van Christelyke dank- en beedezangen(1715)–Daniël Willink– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina XXVIII] [p. XXVIII] Op den Lusthof der Christelyke gezangen, Van den Heere Daniel Willink. Godvrugte zielen, welker sinnen Het soete en nuttige beminnen, Die gaarne gaat, met uwen geest, Op digt en maatgesang ter feest. Het zy dat gy uwe eensaamheden, Wilt vrugtbaar tot Gods lof besteden; Of dat 'er twee of meer te saém Versaamelen in 's Heeren Naam, Om met hunn' herten, met hunn' monden, Syn' deugden vrolyk te verkonden; Doorwandelt desen fraajen hof, Daar hebt gy ryke keur van stof; Die levert u, aan alle kanten, Een schat van vrugten, bloemen, planten; Soo dat men nergens mis en tast, Of vindt Gesangen, net gepast [pagina XXIX] [p. XXIX] Op allerleye staat en tyden, In tegenspoed en in verblyden. Draag gy maar sorge, dat uw zangk Niet slegs bestae in woorden-klank, Maar dat het sy in geest en waarheid, Met een verstand vol ligt en klaarheid; En met een hert, dat door de liefd Van God in Christus sy doorgriefd, En dat gestadig ylt naa boven, Om God te kennen en te loven. Bedank den Digter voor syn werk En wensch, dat hy in Godes Kerk, Gelyk een Pallemboom mag bloejen, En als een Libans Ceder groejen; Dat Hy, tot in den Ouderdom, Nog vol van blad en vrugt zy, om Te melden Gods geregtigheden. En Hy Gods heil geniete in Vreden. J: D'Outrein. Vorige Volgende