Greep naar de macht
(1994)–Bruno De Wever– Auteursrechtelijk beschermdVlaams-nationalisme en Nieuwe Orde. Het VNV 1933-1945
3.4 De ‘nieuwe marsrichting’ van het VerdinasoOp 14 juli 1934 hield Joris Van Severen in Kemzeke een rede die de aankondiging was van de zg. ‘nieuwe marsrichting’. Hij besloot zijn toespraak met een nieuw gegeven. Het Verdinaso stelde zich voortaan tot doel de macht te grijpen binnen de Belgische ruimte. De vnv-pers had nu een stok gevonden waarmee zij het Verdinaso ongenadig kon blijven ranselen. Het Verdinaso was een ‘belgicistische’ organisatie. Van Severen van zijn kant dreef zijn organisatie de volgende jaren steeds verder de ingeslagen weg in. Hij zocht contacten met Franstaligen, verklaarde Walen en Luxemburgers tot volwaardige Dietsers en zou ten slotte zijn troepen onder een Belgische vlag laten marcheren. Voor de geschiedenis van het vnv is de ontwikkeling belangrijk die Van Severen midden 1934 in gang zette. De angst voor de politieke concurrentie ebde weg. Dat werd nog in de hand gewerkt door de reactie van Wies Moens. Vrijwel onmiddellijk na de afkondiging van de ‘nieuwe marsrichting’ verliet hij het Verdinaso. Moens had invloed bij de radicale dietsgezinde jongeren. Zijn vertrek had een grote symbolische waarde. De bij radicale jongeren gevierde Ward Hermans bekritiseerde eveneens de wending en hij werd uit het Verdinaso gesloten nog voor hij zelf ontslag kon nemen. Het is hier niet mijn opdracht een geschiedenis van het Verdinaso te schetsen. Toch meen ik te kunnen vaststellen dat de literatuur een weinig bevredigend antwoord biedt op de gangen van het Verdinaso midden 1934. Was dit een louter gevolg van de ideologische bocht die de leider nam? Ik vind dat niet aannemelijk. Er is ten eerste de vrijwel gelijktijdigheid van de Wet op de Private Milities. Het wetsontwerp was al in oktober 1933 ingediend door minister van Justitie P.E. Janson. Sindsdien had het Verdinaso geregeld af te rekenen met huiszoekingen en inbeslagnemingen. Hoewel de wet niet alleen tegen het Verdinaso was gericht, werd de organisatie er wel het hardst door getroffen. Wél specifiek tegen het Verdinaso gericht, was het in oktober 1933 uitgevaardigd verbod voor het ‘Verbond van Nationale Arbeiderssyndicaten’ (nas) dat niet langer werkloosheidsuitkeringen mocht | |
[pagina 182]
| |
uitbetalen. In mei 1934 werd het bovendien staatsambtenaren verboden lid te zijn van het Verdinaso. Het leidde tot een aantal organisatorische wijzigingen. De nas werden omgevormd tot het Verbond van Dinaso Corporaties, de militie werd een ‘militantenorde’Ga naar eind10. Deze maatregelen werden wellicht door Van Severen genomen met het oog op een verzoening met de Belgische Staat. Dat blijkt bijvoorbeeld uit de argumentatie die hij tegenover dissident Wies Moens ontwikkelde. Van Severen stelde dat, was de ‘nieuwe marsrichting’ eerder afgekondigd, de regeringsmaatregelen tegen het Verdinaso voorkomen hadden kunnen worden. De ‘nieuwe marsrichting’ zou nu de vijandigheid van de staat tegenover het Verdinaso wegnemenGa naar eind11. Een tweede factor die bij de nieuwe strategie van het Verdinaso allicht een rol heeft gespeeld, is de stichting van het vnv. Na de vnv-Landdag van 1934 kon het Van Severen niet ontgaan dat het vnv mikte op geradicaliseerde rechtse jongeren. De organisatie was weliswaar nog wankel, maar zij overvleugelde toch al het Verdinaso. Heeft de Dinaso-leider met zijn ‘nieuwe marsrichting’ niet zelf een dam willen opwerpen tussen zijn organisatie en het Vlaams-nationalisme? Ik heb onvoldoende elementen om deze vragen te beantwoorden, maar ik meen dat men alvast kan stellen dat waar het Verdinaso ongetwijfeld een rol heeft gespeeld bij de ideologische ontwikkelingsgang van het vnv, dit omgekeerd ook het geval is. Er zijn ook aanwijzingen dat Van Severen midden 1934 geprobeerd heeft tot een bestand te komen met het vnv. Er vonden toen gesprekken plaats tussen Willem Melis, een van Van Severens ‘luitenants’, en Bert D'Haese. Melis drong aan op een gesprek tussen Van Severen en D'Haese. D'Haese liet verstaan dat hij een samenwerking tussen vnv en Verdinaso mogelijk achtte. Hij kreeg in augustus 1934 van Staf De Clercq een formele opdracht om ‘de mogelijkheden te onderzoeken tot het afsluiten van een niet-aanvalspact tussen Dinaso en vnv, alsmede tot het vastleggen en desnoods openlijk affirmeren van gemeenschappelijke strijdpunten’Ga naar eind12. Of de vnv-leider er werkelijk aan dacht toenadering te zoeken tot het Verdinaso op een moment dat de ‘nieuwe marsrichting’ hem de kans bood afstand te nemen uit nationalistische motieven, is niet waarschijnlijk. Veeleer lijkt het mij dat hij inging op een suggestie van D'Haese zelf. In ieder geval werd het Verdinaso in de vnv-pers verder gebrandmerkt als een belgicistische partij. Staf De Clercq zelf zou op de Landdag van 1935 Van Severen persoonlijk aanvallen. |