[Zorgvuldig]
ZORGVULDIG, bijv. n. en bijw., zorgvuldiger, zorgvuldigst. Van zorg en vuldig. Bezorgd, bekommerd: zij is eene zorgvuldige moeder. In alle dingen zeer zorgvuldig zijn. Vlijtig, naauwkeurig: een zorgvuldig onderzoek naar iets doen. Men make een zorgvuldig onderscheid tusschen die twee zaken. Van hier zorgvuldigheid, zorgvuldiglijk.