[Zandbak]
ZANDBAK, z.n., m., des zandbaks, of van den zandbak; meerv. zandbakken. Van zand en bak. Een bak, waarin men zand doet: er staat een zandbak om daarin te kwijlen. Het verkleinw. zandbakje wordt dikwerf voor zandkoker genomen: ik greep den inktkoker, in plaats van het zandbakje.