[Wapenkreet]
WAPENKREET, z.n., m., des wapenkreets, of van den wapenkreet; meerv. wapenkreten. Van wapen en kreet. Een krijgsgeschreeuw om de wapenen te doen opvatten, of te wapen te snellen: een wapenkreet ging op in het leger. De wapenkreet liet zich alom hooren.