Nederduitsch taalkundig woordenboek. W-Z
(1811)–P. Weiland– Auteursrechtvrij
[pagina 28]
| |
Een geluid, dat het gehoor kwetst. Alle muzijk is wangeluid in zijne ooren. |
|
[pagina 28]
| |
Een geluid, dat het gehoor kwetst. Alle muzijk is wangeluid in zijne ooren. |
|