[Wagenregt]
WAGENREGT, z.n., o., des wagenregts, of van het wagenregt. Zekere wijze om zijne voeten tusschen die van andere menschen, met welke men op een en het zelfde rijtuig zit, te schikken, tot onderling gemak. Ik houd veel van wagenregt. Wij moeten op het wagenregt bedacht zijn, dan zullen wij gemakkelijker zitten.