[Verzenmaker]
VERZENMAKER, z.n., m., des verzenmakers, of van den verzenmaker; meerv. verzenmakeren, en verzenmakers van verzen en maker. Eene minachting ademende benaming van eenen dichter: een behoeftige verzenmaker. Zwermen van vaerzemakers. Langendijk. Van hier verzenmakerij. Wegens eene vrouw gebruikt men verzenmaakster.