[Verpligt]
VERPLIGT, z.n., o., des verpligts, of van het verpligt; meerv. verpligten. Van het onscheidb. voorz. ver en het ongebruikelijke pligten, met weglating van den staart; zie ver. Volgens Kil. Oulings overeenkomst, verband: de momber en sel geen verplicht doen van de onmundige kijnderen. v. Hass.