Nederduitsch taalkundig woordenboek. T-U. V
(1810)–P. Weiland– Auteursrechtvrij
[pagina 140]
| |
Toeheiligen: wien danckbaerlijck Thebaensche scharen toewijen kercken en autaren. Vond. Oneigenlijk, opdragen: gedoog, dat ik dit geschrift aen u toewije; en in nog veel meer andere oneigenlijke zinnen wordt toewijen, even als wijen, heiligen en toeheiligen, gebezigd. Van hier toewijding, toeheiliging, opdragt, enz. |
|