[Toewerpen]
TOEWERPEN, bedr. w., ongelijkvl. Ik wierp toe, heb toegeworpen. Van toe en werpen. Al werpende toevoegen: ik wierp den hond eenen brok toe. Bij iets werpen, als eene toegift, daarbij voegen: alle dese dingen sullen u toegeworpen worden. Bijbelv. Dit woord luidt bij Kil. ook toeworpen. Van hier bij denzelfden Kil. toewerp, toeworp, eene toegift.