[Ledertouwen]
LEDERTOUWEN, (leertouwen), onz. w., gelijkvl. Ik touwde leder, heb ledergetouwd. Leder met taan of run bereiden. Van hier ledertouwer, (leertouwer), leertouwerij. Van leder en touwen, dat te kennen geeft met taan bereiden, neders. tauen, angels. tawian, eng. to taw, of to tan; en dit alles, waarschijnelijk, van het goth. taujan, facere, bereiden.