Vis-net(1676)–Lambert de Visscher– AuteursrechtvrijBevangende eenige Geestelycke Liedekens, Passende op alle de Sermonen der Sondagen en geboden Feestdagen, Door het gantsche Jaer Vorige Volgende [pagina 3 ] [p. 3 ] Eer-Gift. DE werelt is een gruwel-poel der zonden, Waar door den mensche leeft, En voeld, en swemt, en sweeft, En eynd’lijk word in haar bederf verslonden. Hier toont men u een NET, Niet opgepronkt, van zijde of goude snoeren, Maar van een stof die harten kan beroeren. Noch loofelijk gezet, Om reyne zieltjens tot bederf te prangen: Maar om tot God, tot goed Het zondig slaafs gemoed, Uyt's werelts poel, in's hemels schoot te vangen, Om wel gerust, belust Van trap, tot trap, te hoopen na noch beter, Gegrontvest op 't geloof van Sinte Peter, Daar alle heyl op rust. Wie noch aan ydelheyt, of beuselingen, Op-offert zijn vermaak, Maar heeft in deugde smaak, Neem aan dit NETte leezen of te zingen, Want in de klank van deugd, De hemel zieltjens, haare toonen meng'len, Cecilia met al haar heyl'ge Eng'len Weergalmen in de vreugd. A. vander LAAN, Vorige Volgende