Sinnepoppen
(1949)–Roemer Visscher– Auteursrecht onbekend
[pagina 91]
| |
MET eens anders schade, schande of arbeyt zijn profijt soecken, dat is tegen alle nature en redelijckheyts behooren, als Cicero seyt: Illud natura non patitur, ut aliorum spolijs nostras facultates copias opes augeamus*. Die dan sulcks doen, dat noemtmen Italiaensche treecken: maer de Duytschen noement Schelmstucken. Dan (God betert) de werelt is nu soo boos, als men daer slechts den schijn van Reden om weet te hanghen, soo moet het al eerlijck en deughdelijc zijn. Schijn wordt overal ghepresen: Waerheydt leyt achter in de hoeck, als een verworpen Santinne*, nae uytwysen deser woorden: Practica est multiplex*. | |
|