Liefde. Zeventig dagen op ooghoogte
(1965)–Simon Vinkenoog– Auteursrechtelijk beschermddinsdag 25 februari 1964In de Shéhérazade een gedicht, de eerste keer dat ik de musici een wenk geef, na enige maanden samenspelen, en een gesprek met Arend, die me laat weten dat geen musicus tegelijk kan spelen én naar mijn stem luisteren. Ze schenken mij spelend het geloof. Lezen, ook voorlezen, is schrijven. Als ik voorlees en zeg: ik lees, beteken ik ook: ik schrijf, ik leef. Simon, zoals ik hem (niet) gekend heb. Journalist-af. Ook dit ben ik, begeleid door Ustad Vilayat Khan: Thumree Piloo, op de sitar gespeeld (Music of India, His Master's Voice, ALP 1988).
* | |
[pagina 45]
| |
Met Piet Kuiters (piano), Maarten van Regteren Altena (bas) en Leo de Ruiter (drums): In het duister heb ik gewacht op het licht,
in een kind heb ik liggen wachten op man,
als man moet ik weten waar ik heen ga.
Ik ben een mens als elk ander -
mij is het licht geopenbaard
dat voor een-ieder-een schijnt.
Het ligt in de overgave,
aan alles wat leeft, in àlle zintuigen,
aan alles wat ademt en meebeweegt,
de huizen, de parken, de Weg en het machinale
inanimale, schijnbaar dode of inerte
dat voor ons ligt en als as achter ons verbrandt.
Aan het leven dat nu, altijd & op dit ogenblik
staat onder de hypnose bénéfiqueGa naar voetnoot†
van de Schepper aller dingen,
in Wiens adem ik dit lees,
in Wiens vlees en woord ik ben geweest,
in het oneindig al-verlichte,
in de naam, in de taal
van God.
|
|