Wat is er op de kermis te zien? / Nog iets van de kermis(1848)–Harco Ilpsema Vinckers– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 6] [p. 6] De jongleur. Wel, drommels kijk, dat noem ik knap! Die goede vriend is vrij wat rap; - Hij speelt, als of 't een kaatsspel waar, Met kleine koopren kogels daar, Werpt vlug ze omhoog, vangt, keer op keer, Ze in de uitgestoken handen weer, Laat ijzren ballen Op hoofd en borst en armen vallen, En doet zich toch niet zeer! Straks neemt hij nog een mes of wat, En slingert - ongehoorde klucht! Hoog ze in de lucht, En vangt en vat, Maar slecht en regt, Ze in 't vallen fluks bij punt of hecht, En grijpt maar immer, En snijdt zich nimmer. Gij vraagt verbaasd: Hoe kan dat zijn, Zou soms die man van ijzer zijn? Och neen; ge ziet geen wonderwerk, Maar oefening maakt wonder sterk; - Nogtans, - het mes en kogelspel Is kunstig, ja, en mooi en wel, Maar - nergens nut toe; - naar mijn oordeel, Geeft elk beroep meer eer en voordeel. [pagina 7] [p. 7] Vorige Volgende