Gestelsche liederen(1949)–Simon Vestdijk– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 27] [p. 27] XXIII Zijn dit de luitenant, de kapitein, Die op de voorgrond keuv'len met elkaar? Het konden evengoed twee and'ren zijn, En 't zíjn twee and'ren, over twee drie jaar. Een nieuwe keus, gevierd met eerewijn: Reeds is 't taf'reel gebrekkig en onwaar. Schutters, de tijd maakt u onhandelbaar: Gij zijt het, - en gij blijkt het niet te zijn. En toch, het gouden licht, dat u bescheen, Is van een and're leer de afgezant: Wat eens geweest is blijft door de eeuwen heen. En 't zijn de kapitein, de luitenant, Die onaanrandbaar in de avonduren Het vendel met een handgebaar besturen. Vorige Volgende