Persephone en andere gedichten(1885)–Albert Verwey– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 77] [p. 77] The Far West. Vaal lag de prairie, door de zon gebrand, In middaghette; 't stoffig heidekruid Bewoog niet en geen vogelzang drong uit De doffe struiken van struweel en plant. En uit den spoortrein zag ik hoe langs 't land De rookpluim dreef en ginds met schor geluid Een gierenzwerm opwiekte om op zijn buit Weer neer te vallen in dat doodenland. En in den wagen sliep men - zij lag daar: Die volle lippen - 't blosjen op haar koon, Het blonde hoofdhaar golvende om haar leest.... Zoo moet de schoone slaapster zijn geweest, Toen zij gekust werd door dien koningszoon: - En nederbukkend kuste ik 't gouden haar. Vorige Volgende