Briefwisseling 1 juli 1885 tot 15 december 1888
(1995)–Albert Verwey– Auteursrechtelijk beschermdF.J.A.M. Wierdees aan A. Verwey [17].Ga naar eind16.88Leesmuseum AmsterdamGa naar eind2 19 Juni 1888.
Weledele Heer. Ik heb anders een hekel aan het schrijven van een brief, omdat dat altijd | |
[pagina 457]
| |
iets plechtigs heeft. Ik zou U liever, wat ik meen U te moeten mededeelen, hebben gezegd, maar de mogelijkheid U spoedig toevallig eens te spreken is voor mij niet groot genoeg, om het daarop te laten aankomen. Voor eenige dagen heb ik Uw raad gevraagd over het plaatsen van een ets-portret in den Studenten-Almanak in plaats van de photografieën, zooals tot heden de gewoonte was. Ik verzocht U toen, nadat ik het portret van Busken Huet, door Veth,Ga naar eind3 gezien had, mij het adres op te geven van dien kunstenaar, en wilde van U gaarne hooren, of mischien het verzoek, hem gedaan, om voor ons zooiets te maken, zou worden geweigerd. Ik hoorde die gevreesde zekerheid liever, indien het zoo wezen zou, van U dan door een rechstreeks refuus. Nu er van die verandering, van die verbetering in onzen Almanak niets komen zal, wilde ik U dit even berichten. U zou allicht van den heer Veth vernemen, dat er in het geheel bij hem niet naar was geïnformeerd, en, om onjuiste vermoedens te voorkomen, meld ik U dan, dat de Almanakredactie niet in staat is geweest, aan mijn goeden raad gevolg te geven. Ik had mij vooraf, voordat ik mij tot die heeren richtte, (als hun voorganger, eerelid der Redactie), een weinig op de hoogte gesteld, en juist daardoor heb ik de taak, althans voor dit jaar, onmogelijk gemaakt. Ik kwam bij hen aan, juist te laat, juist, toen er in Prof. Spruijt's ‘buste’ al een photografiesch afbeeldsel genomen was.Ga naar eind4 Het volgend jaar zal ik mijn pogingen, om ook de studenten Almanakken iets te laten doen voor meer artisticiteit in hun eigen uiterlijken worm op nieuw aanwenden, zelfs bij meer dan eêne redactie, ook bij die aan andere Universiteiten. Nu was het te laat. Ik heb niet gewild, dat U mijn be zoek bij U vreemder nog gevonden zou hebben, dan nu al reeds, zoo U er verder niets van vernam, en ik U de reden niet zou gezegd hebben. Hierom heb ik U dezen brief geschreven, en met de gewone betuigingen, poem ik mij Uw Dw. Ferd J A M Wierdees |