Briefwisseling 1 juli 1885 tot 15 december 1888
(1995)–Albert Verwey– Auteursrechtelijk beschermdD. de Lange aan A. Verwey 22.4.88A'dam 22 April 1888
Zeer geachte Heer - Sedert het begin van het Winterseizoen had ik u willen vragen eens bij mij te komen, om kennis te maken met een muziekillustratie van uw gedicht ‘de Roze’.Ga naar eind1 Ik vond het echter eenigsins pretentieus, u dit mede te deelen, en buitendien kon ik u slechts op zeer gebrekkigen wijze mijn werk doen hooren, wijl het geschreven is voor Baritonstem met Orkest. Thans deel ik u mede, dat ik mij aan uw gedicht te buiten ben gegaan en dat mijn vriend Joh: Messchaert het werkje zal ten gehoore brengen op het | |
[pagina 424]
| |
laatste Avond: Concert van de Orkestvereeniging, dat plaats zal hebben op Vrijdag 4 Mei aanst: in de zaal van den Werkenden Stand.Ga naar eind2 Gedeeltelijk is deze mededeeling een beleefdheid, gedeeltelijk is zij een uiting van egoïsmus. Ik kan nam: het werk niet in het publiek ten gehoore laten brengen, wanneer ik de woorden niet als gedicht (zooals het door u is gedacht) onder de oogen der hoorders mag brengen. Het spreekt vanzelf, dat ik voor het doen drukken op het Programma van uw gedicht, uwe toestemming behoef. Mijn vraag is nu, kunt en wilt gij mij die geven? Ik hoop, dat gij mijn vraag met een goedkeurend antwoord zult willen vereeren en houd mij voor eenig spoedig bericht ten zeerste aanbevolen. Behoef ik u te zeggen, dat ik hoogen prijs zal stellen op uwe tegenwoordigheid bij gelegenheid van de uitvoering. Ontvang bij voorbaat mijn dank voor de door u te nemen moeite en geloof mij met oprechre hoogachting Uw dw dr Dan. de Lange |
|