Briefwisseling 1 juli 1885 tot 15 december 1888

F. van Eeden aan A. Verwey 18.5.87

Woensdag 18.5.87.

Ik vind dat nu toch zoo'n mooi present voor mijn Hansje,¹ zoo'n mooi heeft hij er van niemand gekregen, en wij zoo'n aardigen brief niet.

Ik wou je daar morgen voor bedanken - mijn trein gaat 4.6 uit Bussum, is dus half vijf ongeveer in A. Ik moet naar een diner en kan je dus maar even zien. Ik ben nag moe van de vorige week, en mijn werk gaat slecht. Mijn zoon en zijn lieve moeder zijn heel wel. Het is een vroolijk troepje boven, zoo zonnig en frisch, en heel veel bloemen. Jou versje en een vlinder zijn aan zijn wieg geprikt.

tot morgen

Free.

1 Mogelijk ‘Een liedje voor Hans’, voor het eerst verschenen in Verzamelde gedichten. Amsterdam 1889, p. 151-152.

[p. 301]

Deze kaart gaat te laat weg, door de zondag.² Ik zal je nog wel eens schrijven wanneer ik kom F.

2 Donderdag 19 mei 1887 was een hemelvaartsdag.