Briefwisseling 1 juli 1885 tot 15 december 1888
(1995)–Albert Verwey– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 285]
| |
J.B. Kam aan A. Verwey 16.2.87Delft 16 Feb 1887
Mijn Waarde. Ik kreeg eenigen tijd geleden mijn bijdrage terug met een brief van v.d. Goes. - Een heel verhaal er in. Hem was opgedragen in de Redactie vergadering verslag er over uit te brengen, achtte het niet op zijn plaats in de N.G. beter in het weekblad van den heer KerdijkGa naar eind1 en nog zoo wat. En jij zei me dat je 't met Kloos had doorgelezen, dat je het met kortingen had willen plaatsen, vroeg mij of ik het nog voor het volgend nummer geschikt achtte enz. Wie reimt sick das? Was het een leugentje van v.d G om hef gewicht van de N.G uit laten komen (redactie vergadering verslag uitbrengen)? Of was het een domme listigheid van Kloos om een excuus te vinden voor het niet spoedig terug zenden? Of was het werkelijk de meening van de redactie dat het stuk niet deugde? Oprechtheid mijn waarde is een zeldzame deugd. Ik dacht dat de N. Gids redacteuren die in hooge mate bezaten te oordeelen naar hun oordeelen, een van de voorname redenen waarom ik de N.G zoo apprecieer - t Is mogelijk dat in de praktijk oprechtheid niet te gebruiken is. Ik wil het zelfs web gelooven, maar laat ik je de verzekering geven dat je er bij mij en mijn vrienden, je kent ze, Steinmetz, Israëls, de Groot en mijn broersGa naar eind2 nooit ‘doekjes om hoeft te winden’ Neem mij niet kwalijk als ik mij vergis maar dan zit den fout in slordigheid, een fataal ding. Ik ga steeds voort propaganda voor jelui te maken. Och kon ik maar van jou leeren je verzen goed voor te lezen wat zou mij dat helpen. Daar zijn hier veel goede menschen, veel zieltjes te winnen maar ze zitten zoo overvol met Conventie Maar ik schiet toch op. Met een flink stootje zoude gij er zijn. Kon ik maar goed lezen... Wanneer hoor ik eens wat uit ‘Cor cordium’ van je en ‘Genoten vreugde’ en ‘In memoriam Patris’Ga naar eind3 | |
[pagina 286]
| |
Zaterdag komt de Groot, jammer dat ik niet mee kan komen, maar ik moet voor eigen zaken op reis. Laat mij toch ook eens wat van je hooren; ik sta hier zoo alleen je J B Kam,
Doe de groeten aan Israëls en Kloos. |